Agent twee jaar de cel in voor poging doodslag

Een dertigjarige politieagent uit Kerkrade moet twee jaar de gevangenis in wegens een poging tot doodslag. De agent schoot als lid van een aanhoudingseenheid in augustus 2013 op een auto waarin een verdachte van een ramkraak zat. De bijrijder raakte daardoor gewond. De verdachte beweert dat de auto op de agenten inreed, maar volgens de rechter reed de auto veel te langzaam om een gevaar te vormen.

Het OM had de rechtbank in Maastricht om vrijspraak gevraagd. Eerder wilde justitie de agent al niet vervolgen, maar het slachtoffer dwong bij het gerechtshof in Den Bosch alsnog een vervolging af. Justitie heeft aangekondigd in hoger beroep te gaan.

Lid van aanhoudingseenheid

Op 22 augustus 2013 vond er in Limburg een actie plaats om een verdachte op te pakken die betrokken zou zijn bij een aantal ramkraken. De agent behoorde tot de aanhoudingseenheid die die dag werd ingezet. Een ander team, het observatieteam, had de opdracht de verdachte te volgen.

Het observatieteam raakte de verdachte die dag meerdere keren kwijt. De man reed in een auto en reed soms boven de 200 kilometer per uur. Na enige tijd stapte een passagier in de auto, waarna de twee naar een coffeeshop in Heerlen reden. Daar besloot de politie de verdachte man op te pakken.

Verdachte op de vlucht

De nu veroordeelde agent had de taak om de passagier ‘onder controle’ te houden. De bijrijder was geen verdachte, en hoefde dus niet te worden aangehouden. Bij de actie heeft hij geprobeerd de deur open te trekken, maar dat lukte niet – het portier zat op slot. De agent heeft met zijn pistool tweemaal op de ruit geslagen, en riep dat ze het portier moesten openen. Daar reageerde zowel de verdachte als de passagier niet op.

Daarop reed de bestuurder weg. Hij reed daarbij volgens de passagier ‘op behoorlijke snelheid’ weg en maakte een bocht van 180 graden. De agent wist op dat moment niet waar zijn collega’s waren, maar hij was bang dat de auto op hen in zou rijden. Ook was hij bang dat hij zelf geraakt zou worden. Toen de politieman zag dat andere mensen aan de kant sprongen, besloot hij te schieten. Hij zegt dat hij op de bestuurder van de auto heeft gericht.

Slachtoffer overleeft ternauwernood

Het schot verbrijzelde de ruit van het rechterportier. Op dat moment was er geen reactie bij de inzittenden te zien. De auto reed zich uiteindelijk vast op twee auto’s, waarna de verdachte uit de auto werd gehaald. De bijrijder merkte toen pas dat hij was geraakt.

Volgens de artsen heeft het slachtoffer geluk dat hij nog leeft: als de kogel een centimeter opzij terecht was gekomen, had hij het niet overleefd.

Niemand liep gevaar

Op basis van forensisch onderzoek is vastgesteld wanneer de agent heeft geschoten. Uit de bewakingsbeelden blijkt dat de auto op dat moment een snelheid had van tussen de 12 en 13 kilometer per uur. Er waren op dat moment geen andere personen op de parkeerplaats aanwezig, blijkt uit de bewakingsbeelden. De agent stond bovendien niet in de directe rijrichting van de auto. De agent kon dus niet worden aangereden, en ook zijn collega’s van de aanhoudingseenheid liepen geen gevaar, aldus de rechtbank.

De agent had bovendien geen redenen om aan te nemen dat zijn collega’s gevaar liepen: hij verklaarde zelf dat hij niet wist waar ze waren. In de gewoonlijke opstelling staan leden van een aanhoudingseenheid in een kommetje rond de auto, en daarom konden ze niet worden aangereden door de actie van de bestuurder. Op een gegeven moment staat wel een lid van de aanhoudingseenheid in de rijrichting van de auto, maar dat was pas nadat het schot werd gelost.

Schadevergoeding

De rechtbank verwierp daarom het beroep op noodweer. De rechter stelt dat de agent ‘buitenproportioneel en ondoordacht’ heeft gehandeld. De agent moet daarom twee jaar de cel in, en moet het slachtoffer een schadevergoeding van 4.250 euro plus rente moet betalen.

Lees hier de hele uitspraak.