Tegen Ali G. uit Lelystad heeft het Openbaar Ministerie levenslange gevangenisstraf geëist. Volgens het OM heeft de Lelystedeling op 4 mei 2011 twee mannen doodgeschoten in een autobedrijf aan de Limmerick in Amsterdam. Het OM verdenkt de man ook van een poging tot moord en wapenbezit. De schietpartij kwam voort uit een geschil met twee broers een bedrag van 1.500 euro dat de verdachte aan hen schuldig zou zijn.

Er zijn ook aanwijzingen dat er een conflict om drugs achter het geschil schuil ging. Bij de ruzie die uitmondde in een schietpartij zijn twee mannen om het leven gekomen en raakte één man zwaar gewond. Ook de verdachte werd daarbij neergeschoten.

Geen noodweer

Volgens de officier van justitie is er geen sprake van noodweer maar van moord. De verdachte zou immers een wapen hebben meegenomen naar de afspraak met de twee broers. Een wapen dat hij eerst heeft opgegraven in Lelystad. Daarnaast is de verdachte niet weggelopen toen de gemoederen tijdens de ruzie wat tot rust waren gekomen omdat twee klanten het autobedrijf inliepen. Hij koos er juist voor om de ruzie voort te zetten en te schieten op de slachtoffers. Volgens getuigen zou de verdachte voor de schietpartij hebben gezegd ‘Je moet je maar bij neerleggen bij wat er gaat gebeuren'.

Eens en altijd

De officier van justitie is tot de eindconclusie gekomen dat de verdachte op 4 mei ‘voor eens en altijd wilde afrekenen met de broers' en daardoor opzettelijk en met voorbedachten rade heeft gehandeld. De officier van justitie schat de kans hoog in dat de verdachte weer een soortgelijk feit zal begaan als hij vrij zou komen. Daarnaast is de officier van justitie van mening dat de drempel voor criminele activiteiten bij de verdachte erg laag ligt. Een levenslange gevangenisstraf is volgens het OM noodzakelijk om de maatschappij tegen de verdachte te beschermen.