Hakkelaar heeft getuige over deal Cees H.

Het belastingdossier van Johan Verhoek alias De Hakkelaar vertoont trekjes van Kafka. Vele drugsmiljoenen zijn aantoonbaar bij anderen terechtgekomen maar zijn aan hem toegerekend als inkomen. Meest pikant: Verhoek moet aantonen dat de 4,7 miljoen gulden die Cees H. door toedoen van zijn Teeven-deal kreeg teruggestort niet van hem zijn.

Door @Wim van de Pol

Verhoek is door toenmalig officier van justitie Fred Teeven met succes strafrechtelijk vervolgd als de leider van het Octopus-syndicaat dat megaladingen hasj smokkelde. Een ontnemingszaak tegen hem werd echter niet doorgezet. Hij kreeg wel een belastingaanslag van 123 miljoen euro. Die hij niet voldeed.

Geen cijfers

Verhoek’s advocaat Wout Morra betoogde gisteren dat het kernprobleem van het belastingdossier erin zit dat in de dossiers, de vonnissen en de arresten in de zaken van de gezamenlijke Octopus-verdachten geen concreet bewijs in de vorm van cijfers te vinden is dat John Verhoek daadwerkelijk honderden miljoenen zou hebben verdiend.

‘Blijven hangen’

Hij noemde voorbeelden. De rekeningen bij de witwassende Femis-bank stonden niet op zijn naam en waren niet direct tot hem te herleiden. Er was wel een relatie met Cees H. en de bank. Uit stukken blijkt dat een zeiljacht juist aan Cees H. toebehoorde. Toch is de Belastingdienst bijna alle honderden miljoenen aan geschatte inkomsten aan Verhoek gaan “toerekenen”. Een ambtenaar verklaarde bijvoorbeeld dat ‘dure auto’s zijn blijven hangen in de invloedssfeer van Verhoek.’ Dat zijn niet bepaald harde cijfers.

Juistheid aanslag

De huidige strafzaak tegen Verhoek gaat volgens justitie enkel en alleen over het feit of hij de Belastingdienst wel juist heeft ingelicht, niet over de juistheid van de aanslag. Advocaat Morra karakteriseerde deze gedachte van het Openbaar Ministerie als volgt: ‘We gaan niet uitzoeken of u die auto’s echt heeft witgewassen, u mag daar geen getuigen over horen, maar ik vind wel dat uw antwoorden niet kloppen.’ Volgens hem gaat deze zaak noodzakelijkerwijs óók over de juistheid van de aanslag zelf.

Gerommel

Indien het gerechtshof besluit dat de door Verhoek gevraagde 75 getuigen moeten worden gehoord – of in ieder geval Cees H., Fred Teeven en Hans Vrakking van het toenmalige Amsterdamse parket – zal dat licht gaan werpen op het gerommel en weg-gemoffel rond het bonnetje van 4,7 miljoen gulden die Verhoek’s medeverdachte Cees H. van Teeven mocht ontvangen. En waar de Commissie Oosting nu onderzoek naar doet.

Getuige

Morra vertrouwde het gerechtshof toe dat hij over heel concrete informatie beschikt dat Cees H. deze miljoenen terugkreeg door zich niet als getuige te laten horen in de zaak van Verhoek, om zo niet te onthullen dat de aanslag van 123 miljoen aan de Hakkelaar op fictie berust. Morra zei hierover ook een getuige te kunnen laten horen.

Pikant

Zeer pikant in dit verband is volgens Morra dat uit de belastingaanslag tegen Verhoek ook blijkt dat de dienst de door Helman ontvangen 4,7 miljoen gulden ook als inkomsten van Verhoek ziet. Hij moet in feite aantonen dat de 4,7 miljoen – waarvan nu sinds een paar maanden vast staat dat die H. inderdaad terugkreeg, na lang ontkennen door Justitie – niet aan hem toebehoren.

85 miljoen

Een ander pikant geval is Teeven’s kroongetuige (en Verhoek’s zakenpartner) Fouad Abbas. Deze ging in ruil voor zijn verklaring over Verhoek vrijuit tegen betaling van “slechts” 1,8 miljoen gulden. Maar volgens Morra stelde justitie vast dat Abbas 85 miljoen gulden aan hasjgeld bijeen harkte. Morra: ‘nu verzwijgt de overheid dat opzettelijk tegen mijn cliënt en zegt tegen hem: toont u maar aan waar dat geld dan is.’

Welk ander belang?

Abbas noch Cees H. hebben in Nederland belasting betaald over hun drugswinst. Welk ander belang dan Verhoek een enorm bedrag aan belasting te laten betalen kon Teeven hebben gehad met het sluiten van de deal met Cees H., nadat eerder een ontnemingsvordering van 500 miljoen gulden tegen H. was afgewezen door de rechtbank? Morra tegen het gerechtshof:

Fiscaal kon men jegens Verhoek nu juist proberen wat in het kader van de ontnemingszaak niet lukte – vandaar dat eind 1994 die belastingaanslagen jegens cliënt de deur uit gingen, een paar weken nadat die waren afgeserveerd in het kader van de ontnemingszaak tegen H.. Ik kan mij niet voorstellen dat de fiscus H. en Abbas zo bevoordeelt, en de schatkist voor hetzelfde bedrag benadeelt, dat daar geen belang of tegenprestatie tegenover stond.

 

 

 

Gaat deze zaak over straf of over recht.