Hoge Raad doet uitspraak Zes van Breda

De Hoge Raad wijst dinsdag arrest in de zaak van de ‘Zes van Breda’. Dat zijn drie mannen en vrouwen die in de jaren negentig veroordeeld zijn voor de moord op een oudere Chinese vrouw in Chinees restaurant Peacock in Breda in 1993. Deze ‘Oma Mok’ (foto) was ernstig mishandeld, ze had meerdere gebroken ribben, en was beroofd van geld en sieraden. 

De advocaat-generaal bij de Hoge Raad, Diederik Aben, heeft gepleit voor herziening van de zak omdat hij twijfelt aan de bekentenissen van de zes.

Op de plaats delict was een bloedspoor gevonden van een vermoedelijk Aziatische man. Maar geen van de verdachten is echter van Aziatische afkomst. 

De zes hebben hun straf uitgezeten. Eén van hen stapte na zijn vrijlating naar rechtspsycholoog Peter van Koppen, die met een aantal studenten onderzoek deed naar de zaak. Hij concludeerde dat er mogelijk sprake is geweest van een rechterlijke dwaling. De bekentenissen zijn hoogst onbetrouwbaar en mogelijk onder druk afgelegd. Ontlastend bewijs voor de zes is destijds uit het dossier gehouden.

Er is in Nederland nog nooit een rechterlijke dwaling geweest waarbij zes mensen onterecht zijn veroordeeld.

Als de Hoge Raad het herzieningsverzoek toewijst zal een gerechtshof de zaak opnieuw gaan onderzoeken.