Het mailverkeer met de infiltrant

Het lijkt er sterk op dat de Nederlander Bart S. toch echt een cocaïnesmokkel op wilde zetten met de Belgische familie Aquino. De Belgische journalist Joris van der Aa publiceert op zijn website passages uit het dossier die de vraag oproepen of het Belgische Openbaar Ministerie de Kamer van Inbeschuldingstelling (KI) die de opsporingsmethoden moet beoordelen voldoende heeft ingelicht, of dat deze Kamer misschien wat lichtvaardig heeft geoordeeld.

Zegje

Het proces Aquino sleept zich intussen voor de rechtbank in Hasselt voort. De ruim dertig verdachten hebben minstens zoveel advocaten en die moeten allen hun zegje doen. De Belgische krant De Morgen bracht woensdag het nieuws dat de politie advocaten zou hebben getapt in de zaak, iets wat ook in België niet is toegestaan, evenmin als een burgerinfiltrant.

Undercover

Bart S. kreeg niet alleen de vraag van de politie om als informant zijn oor te luisteren te leggen maar moest ook via Portugal of Spanje cocaïne gaan invoeren. De Australische federale politie wilde in samenwerking met België, Nederland en Spanje de Aquino's hiermee in de val drijven. Bart S. moest de Aquino's zachtjes in de armen drijven van Zacharia, een drugshandelaar die in Spanje werkte in opdracht van de politie. Mogelijk was Zacharia zelfs een undercoveragent die zich voordeed als drugshandelaar.

Mailverkeer

De Kamer van Inbeschuldigingstelling bij het hof van beroep in Antwerpen moest beoordelen in hoeverre er in het dossier aanwijzingen zaten voor de inzet van een burgerinfiltrant. De KI heeft zich gebogen over het mailverkeer tussen Bart S. en een politieman, zijn runner. Op de site van Joris van der Aa blijkt uit een e-mail van de politieman hoe deze Bart S. aan het sturen is en aanwijzingen geeft, hoe hij buiten beeld van de Spaanse recherche moet blijven. 

Het proces lag enige tijd stil omdat de advocaten een klacht hadden ingediend tegen de inzet van Bart S. maar de rechtbank besloot de zaak toch verder te behandelen.