OM had forse kritiek op schietende agent

De politieagent die vorige week twee jaar cel kreeg omdat hij een man neerschoot door wie de agent zich bedreigd voelde, heeft meer fouten gemaakt. Hij sloeg bij de arrestatie van dezelfde man met de kof en de loop van het pistool op de auto. Daardoor kan het wapen afgaan en dat had de agent nooit mogen doen, stelt hoofdofficier van justitie Roger Bos.

Bos schrijft dat in een brief aan de Limburgse politiechef Gery Veldhuis. De brief is ingezien door De Telegraaf. De politieagent kreeg twee jaar celstraf opgelegd voor een poging tot doodslag. Hij schoot bij een arrestatie op een verdachte die probeerde weg te rijden, maar raakte de passagier in de auto die niet hoefde te worden opgepakt.

‘Fatale escalatie’

De agent verklaarde dat hij dacht dat de man op hem of zijn collega’s in kon rijden, maar uit de bewakingsbeelden bleek dat daar geen sprake van was. De hoofdofficier had ook forse kritiek op het bewuste schot. Hij schrijft:

De kans op een fatale afloop bij het gebruik van het vuurwapen was in dit geval vele malen groter dan dat het geval zou zijn geweest bij gebruik van enige andere vorm van geweld. De inschatting van hoofdagent Ronald V. leidde in deze casus tot fatale escalatie.

‘Meer zelfbeheersing verwacht’

Volgens de hoofdofficier had van de agent ‘onder de gegeven omstandigheid, meer dan van een gewone burger, meer zelfbeheersing en enig tactisch vernuft verwacht mogen worden’. Hij stelt dat ‘grenzen [zijn] overschreden van wat ter verdediging tegen een wederrechtelijke aanranding geboden is’.

Dat de hoofdofficier van justitie ook kritiek blijkt te hebben, is opvallend, omdat het OM de zaak in eerste instantie seponeerde. Het slachtoffer dwong uiteindelijk bij de Hoge Raad alsnog vervolging af.