OM wil zekerheid over dementie afperser De Mol

Het Openbaar Ministerie wil uitsluiten dat de afperser van de familie De Mol, Dirk M., zijn dementie simuleert. Dat liet het Openbaar Ministerie maandag weten. Dinsdag is er opnieuw een pro forma-zitting voor de rechtbank in Utrecht in de zaak.

Dementie

Op die zitting zal aan de orde komen besproken of en hoe deze vragen aan deskundigen zullen worden voorgelegd. M. is vorige maand door de raadkamer van de rechtbank uit voorlopige hechtenis ontslagen. Uit onderzoek is gebleken dat hij aan een ernstige vorm van dementie lijdt.

Nadere vragen

Er zijn twee rapporten uitgebracht over de persoon van M.. Eén is uitgebracht door een psychiater en psycholoog en één door een gedragsneuroloog die hiervoor twee andere hoogleraren heeft geconsulteerd. Na lezing van deze rapporten vindt het OM het nodig om nadere vragen aan deze deskundigen voor te leggen voor de inhoudelijke behandeling op 18 juni.

Fingeren

Zoals eerder naar buiten is gebracht is geconstateerd dat M. aan frontotemporale dementie lijdt. Het OM wil helderheid krijgen over het verband tussen de geconstateerde hersenaandoening en de strafbare gedragingen waarvan de man wordt verdacht. Ook wil het OM vragen stellen over de mate waarin de gedragingen aan de verdachte kunnen worden toegerekend en in hoeverre het mogelijk is deze hersenaandoening te fingeren.

Spijt

De raadkamer heeft als voorwaarden aan zijn vrijlating gesteld dat M. zijn paspoort moet inleveren en geen contact mag hebben met de familie De Mol. Hij werd op 3 december opgepakt. Hij terroriseerde volgens het OM ruim een jaar lang de gezinnen van John en Linda de Mol met dreigbrieven waarin hij 5 miljoen euro eiste. Op 3 maart betuigde Dirk M. nog spijt voor de rechtbank in Utrecht.