OM ziet dna-bewijs in moordzaak Wassink (UPDATE)

Volgens het Openbaar Ministerie is John Wassink (45, foto) uit Roosendaal vorig jaar doodgeschoten met zijn eigen vuurwapen. Op dat wapen en op het matras waarop het slachtoffer vermoedelijk is vermoord, is dna-materiaal van zijn schoonvader Kobus Lorsé (70) gevonden. 

Door @Wim van de Pol

Ook op een bivakmuts en een glas melk uit het chalet van het slachtoffer zit dna-materiaal van Lorsé. Dat bevestigen Lorsé’s advocaten Ed Manders en Anouk Stoop. Dat er biologisch materiaal van cliënt in het chalet is gevonden, zoals op een glas melk, vinden ze logisch: ‘Lorsé kwam vrijwel dagelijks bij zijn schoonzoon over de vloer. Op de avond voor de moord ook.’ In de nacht van 25 op 26 juli 2014 is de auto- en wiethandelaar Wassink doodgeschoten. Zijn lichaam werd drie dagen later gevonden in het Markkanaal bij Terheijden. Lorsé was één de laatste mensen die Wassink zag.

Trekker

De politie vond het moordwapen achter een bank in een schuurtje bij het chalet op het bedrijfsterrein waar Wassink woonde. De officier van justitie vind het van groot belang dat er dna van Lorsé (foto, rechts) op de trekker van het Zastava-pistool zit. En datzelfde spoor zou ook op een glas melk zijn gevonden. Maar uit een contraexpertise dat de advocaten hebben laten doen blijkt dat die sporen juist verschillend zijn. De advocaten zeggen dat nog veel nader onderzoek moet worden gedaan naar de dna-sporen. Het dna op de trekker was een mengprofiel, er zat ook nog dna op van andere personen.

Verklaring

Anouk Stoop zegt dat dit dna-spoor geen hard bewijs kan zijn: ‘Lorsé heeft overigens vóórdat hij verdachte in de zaak werd al een verklaring gegeven voor de mogelijke aanwezigheid van zijn dna op het pistool. Hij zag het wapen twee dagen na de vermissing van John liggen op het aanrecht van het schuurtje toen hij de kat en hond eten kwam geven. Cliënt reageerde nog boos omdat hij dacht dat John zijn wapen had laten rondslingeren. Hij heeft het daarom achter de bank gegooid.’ Overigens is niet zeker dat de Zastava is gebruikt bij de moord. Ook daarnaar zou nader onderzoek moeten volgen omdat de kogelfragmenten die op het lichaam zijn gevonden te minimaal zijn om direct zekerheid te verschaffen. Stoop: ‘Er kan nog een tweede wapen in het spel zijn.’

Beledigd

Advocaat Manders zegt dat zijn cliënt eigenlijk ook een beetje beledigd is over de verdenking: ‘Een man met zijn achtergrond en reputatie zou toch nooit het moordwapen met blote handen aanraken en dan achterlaten. Of een lichaam zo klunzig dumpen dat het meteen komt bovendrijven. Hij zou bovendien alle sporen op de plaats van het delict goed hebben gewist; daar had hij alle tijd voor. Maar dat is juist haastig gebeurd.’

Zakenpartner

Eduward F., de Roosendaalse zakenpartner van Wassink heeft Lorsé beschuldigd van de moord omdat er in de familie ruzie over financiën zou zijn. Omgekeerd verdenkt Lorsé juist F. van de moord. F. zou bang zijn geweest dat Wassink uit de school zou klappen over de moord op de Belg Jesse Leemans die door F. en Wassink in 2013 zou zijn geript en vermoord toen hij wiet kwam kopen. Het OM verdenkt F. én Wassink van de verdwijning van Leemans. Manders en Stoop willen dat de rechtbank het onderzoeksdossier in de zaak Leemans voegt in de zaak van Wassink.

Regiezitting

Volgende maand komt de zaak aan de orde op een openbare regiezitting. De raadkamer van de rechtbank maakte vrijdag bekend dat Lorsé nog zeker twee maanden langer vast moet blijven zitten. Eduward F. is recent in de zaak Leemans op vrije voeten gesteld.

Lees eerdere berichten:

Dochter Kobus Lorsé aangehouden

Kobus Lorsé aangehouden voor moord Wassink

Verdachten verdwijning Jelle Leemans weer vrij

‘Ik heb mijn schoonzoon niet vermoord’

Onderzoek bloedsporen Jelle Leemans

‘Drugsbaas vermoordde schoonzoon’

Verdachte had afspraak met vermiste Belg

Verdachten brachten auto terug naar België

Twee arrestaties in zaak vermiste Belg