Rechtbank zal informant “Paul” niet horen

De rechtbank in Rotterdam heeft het verzoek om de informant “Paul” te horen afgewezen. Dat verzoek was gedaan door de verdediging van de verdachten in de Doussie-zaak, rond de van corruptie verdachte douanier Gerrit G..

Colombia

De rechtbank vindt niet dat er aanleiding is om Paul te horen over het eventueel doorlaten door de politie van hoeveelheden cocaïne, en ook niet over de mogelijkheid dat bij de start van het onderzoek Doussie gebruik is gemakt van Paul’s informatie. Ondanks beloften van de advocaat van Paul is er geen nadere informatie door de rechtbank ontvangen, en mede daarom mist de rechtbank onderbouwing van het verzoek.

Een stuk van de politie in Colombia waarin informatie die Paul aanleverde zou staan vindt de rechtbank onbetrouwbaar, in die zin dat de authenticiteit niet kan worden vastgesteld. De rechtbank wijst er ook op dat de politie Paul onbetrouwbaar vindt.

Belgisch dossier

De rechtbank wil ook geen getuigen horen uit een Belgisch politieonderzoek naar een drugsvangst die tevens de start van het Doussie-onderzoek vormde. De rechtbank stelt dat stukken uit het Belgische dossier en onderzoek in Rotterdam niet de stelling van de verdediging onderbouwen dat de start van het onderzoek onjuist gerelateerd in het dossier is komen te staan. De rechtbank gaat ervan uit dat de vangst van de ruim 300 kilo cocaïne in december 2013 toevallig was, en niet voortkwam uit het Belgische onderzoek.

Als enige getuige moet binnenkort bij de rechter-commissaris Mustafa B. worden gehoord. Hij heeft contact met Paul gehad en hij is de man die geheime opnames die Paul maakte, van zijn gesprekken met Gerrit G., aan de politie doorspeelde.

Zie ook:

‘Politie faciliteerde poging tot afpersing’

Politie: ‘informant Paul was onbetrouwbaar’

Zo werkt het vrij doorlaten van cocaïne