Tapverbalen vervalsen blijft ongestraft

U wilt als politieambtenaar een telefoongesprek anders in een proces-verbaal noteren dan u het heeft gehoord in het opgenomen gesprek, om zo een burger te belasten. Mag dat? De conclusie blijkt te zijn: nee. Maar: agenten die het doen blijven ongestraft, zo volgt uit een arrest van het gerechtshof Den Bosch over een artikel 12-procedure. Het hof draait om de hete brij heen. De kern is: vervalsen van een proces-verbaal moet kunnen. Kennelijk mag niets het massale telefoontappen in Nederland in gevaar brengen. 

Door Wim van de Pol

Op 12 november 1999 werkte verbalisant J. een getapt telefoongesprek onjuist uit, zodanig dat Robert Hörchner en zijn vrouw Annelies Pijnenborg ten onrechte ervan werden vedacht met opzet een loods te hebben verhuurd aan producenten van xtc. Over die onjuiste uitwerking bestaat geen twijfel meer, ook bij het hof niet. Kort nadien volgt er nog een onjuiste verbalisering van een tapgesprek door hoofd tapkamer Van R. De twee worden aangehouden en verhoord terzake xtc-productie maar later geheel vrijgesproken.

Het gerechtshof stelt dat het niet toekomt aan de vraag of de beide agenten opzettelijk valsheid pleegden want, samen met het Openbaar Ministerie, vindt het hof dat de verjaringstermijn van het feit is overschreden.  

Gemakzuchtig

Verjaringstermijn begint de dag nadat het feit is gepleegd. Maar, in het geval van valsheid in geschrift is er een uitzondering, namelijk de dag nadat gebruik is gemaakt van de vervalsing. Het hof gaat in het arrest nu uit van dit ‘gebruik’, een wel heel gemakzuchtige oplossing.

Want het hof wist dat de klagers Pijnenborg en Hörchner pas in 2007 – na vele procedures – een kopie kregen van de geluidsopname waarmee zij de valsheid onomstotelijk konden aantonen. Pas in 2009 rapporteerde een onafhankelijk instituut dat de transcripties van de politie volstrekt niet overeen kwamen met de opnames (wie het allemaal nog eens wil naluisteren, kijk hier). 

Hoe konden de klagers nu vóór 2007 aantonen dat de verbalisanten processen-verbaal hadden vervalst?

‘Vergaloppeerd’

‘Het gerechtshof heeft zich juridisch vergaloppeerd’, vindt oud-raadsheer Wicher Wedzinga. ‘Valsheid vindt in het verborgene plaats, vandaar dat de wetgever niet het “gebruik” sec, maar het moment waarop de valsheid “zichtbaar” is doorslaggevend achtte. Ik vind eigenlijk “kenbaar” een beter woord. Nu wordt van een vervalst tap p-v gebruik gemaakt, terwijl het “slachtoffer” niet kan aantonen dat het vervalst is, alleen al omdat hij niet over de originele opnamen beschikt. En daarvoor was hij weer in belangrijke mate afhankelijk van het OM.’

Robert Hörchner is woedend: ‘De redenering van het hof is verwerpelijk en ongehoord. Hoe hadden Annelies en ik in godsnaam moeten weten dat we op de datums 31 januari en 1 februari 2000 gehoord zijn op basis van onjuiste weergaves van tapmateriaal. Wij zijn er altijd van uitgegaan dat ambtsedige processenverbaal naar waarheid worden opgemaakt.’

Belang telefoontappen

Het gerechtshof heeft de vraag of de agenten opzettelijk het proces-verbaal hebben vervalst niet willen beantwoorden. Op zijn best gezegd was dat gemakzuchtig. Je zou ook kunnen vermoeden dat het hof geen enkele schade heeft toe willen brengen aan het kolossale en wezenlijke belang dat het telefoontappen in de Nederlandse opsporing heeft. In geen andere land wordt zoveel getapt als in Nederland, in absolute zin.

De burger realiseert zich nauwelijks hoe vaak afgeluisterde telefoongesprekken verkort worden weergegeven in een samenvattend proces-verbaal. Hoe vaak maken verbalisanten zich er eigenlijk vanaf met een leugentje, zodat de “verdachte” soepeler te veroordelen is? 

Lees ook de analyse van Wicher Wedzinga: De ontknoping van het tapschandaal 

Het verslag van de zitting:

Tapschandaal: rechercheurs blijven weg