‘Verdachte prostitutiemoorden ontkent’

De 58-jarige Schiedammer die begin april werd opgepakt voor twee moorden op prostituees werkt ontkent, zo schrijft De Telegraaf. Volgens de krant werkt hij wel mee aan verhoren. In het dossier staat dat zijn dna gevonden is op één van de prostituees.

Volledig dna-profiel

De krant baseert zich op ‘goed ingevoerde bronnen’. De man wordt verdacht van de moorden op straatprostituees Berendina Stijger (45) in 1990 en Maria Hofland (22) in 1991. Het team onderzoekt zijn betrokkenheid bij nog drie moorden.

De man erkent dat hij prostituees heeft bezocht. Hij ontkent dat hij een van de vrouwen die hij bezocht heeft vermoord. Bij twee van de vijf vrouwen is een volledig dna-profiel aangetroffen van de verdachte. Volgens de recherche is er zeker bij een van deze twee zaken sprake van dader-dna, dat betekent dat de recherche denkt dat dit dna niet van een klant is maar van de moordenaar moet zijn.

Geobserveerd

De recherche is naarstig op zoek naar aanvullend bewijs. Het huis van de Schiedammer is dan ook uitgekamd. Hij kwam in beeld na dna-verwantschapsonderzoek. De recherche heeft de man ruim een jaar geobserveerd.

Het Nederlands Forensisch Instituut onderzoekt sporen van 85 prostitutiemoorden die het coldcaseteam in Rotterdam in analyse heeft. Ook naar andere moorden loopt volop onderzoek.