Zes jaar eis in Otton-zaak

Het Openbaar Ministerie heeft vanochtend 6 jaar cel geëist tegen de twee hoofdverdachten in de Otton-zaak, de smokkel van ruim 4000 kilo cocaïne die in 2003 werd ontdekt.

De 50-jarige M. P. en de 61-jarige Thom B. hoorden beiden zes jaar tegen zich eisen. Volgens het OM regelde Thom B. de contacten met Colombia, terwijl M. P. het uithalen van de drugs zou hebben georganiseerd. Medeverdachte Heino B. kan wat justitie betreft vrijuit gaan.

Zeesleper

De drugs werden aangetroffen op een kapotte zeesleper die met pech in de haven van Vlissingen was afgemeerd. De drugs zouden eigenlijk in Antwerpen aan wal moeten zijn gebracht. Het is nog steeds de grootste coke-vangst in Nederland ooit. Vanaf 2009 loopt er een onderzoek naar M. P. en enkele medeverdachten met de verdenking het Otton-project te hebben opgezet. Eerder werd al een aantal handlangers veroordeeld.

DEA

Door een tip van de Amerikaanse Drug Enforcement Adminstration (DEA) werd de drugs ontdekt. De DEA wist dat er onder het bed van één van de matrozen een geheim dichtgelast compartiment was, dat toegang gaf tot een tunnel die leidt naar een ruimte tussen de brandstoftanks. Pas na die tip en na het raadplegen van wat technische tekeningen kwamen de douaniers eruit en werd de mega-lading gevonden.

Zie ook eerdere berichten over de Otton-zaak