Naar hof om vervolging Demmink

De twee Turkse mannen die aangifte hebben gedaan tegen secretaris-generaal Joris Demmink van het ministerie van Justitie wegens verkrachting en seksueel misbruik proberen bij het gerechtshof in Den Haag in een zogenoemde artikel 12-procedure ze alsnog de vervolging van Demmink af te dwingen. Begin dit jaar besloot het landelijk parket van het Openbaar Ministerie geen vervolging in te stellen tegen Demmink.

De twee mannen, Mustafa Y. en Osman B. zeggen dat ze als straatkinderen van twaalf en veertien jaar oud misbruikt zijn door Demmink toen deze in Turkije op bezoek was. Ze zeggen geronseld te zijn op straat waar ze verbleven door een politieagent die betrokken was bij de beveiliging van Demmink. Deze man heeft dat in een verklaring bevestigd.

Volgens advocaat Adèle van der Plas is Mustafa Y. na zijn aangifte in 2008 in Turkije herhaaldelijk bedreigd en mishandeld in opdracht van een vroegere topfunctionaris van de Turkse politie, dit om hem zijn aangifte tegen Demmink in te laten trekken. Ook Osman is volgens de advocaat benaderd met het verzoek zijn aangifte in te trekken.

Deze commissaris Emin Arslan was tot 2007 in Turkije de gesprekspartner en belangrijkste aanspreekpunt van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD). Hij verkeerde op goede voet met onder meer toenmalig plaatsvervangend korpschef bij het KLPD Fred Westerbeke en de huidige Amsterdamse korpschef Pieter-Jaap Aalbersberg.

In februari 2012 heeft het landelijk parket Osman B. laten weten geen vervolging in te stellen tegen Demmink, omdat zijn verklaring te weinig betrouwbaar werd geacht en niet bevestigd kon worden dat Demmink in Turkije was geweest in de periode waarin het seksueel misbruik zou hebben plaatsgevonden. Het Landelijk Parket heeft Mustafa Y. laten weten geen onderzoek naar zijn aangifte te zullen instellen, zolang hij weigert naar Nederland te reizen om zijn aangifte hier toe te lichten.

Joris Demmink heeft steeds ontkend in Turkije te zijn geweest in de bewuste periode in de jaren negentig. Dat Demmink als directeur-generaal Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken van het ministerie van Justitie helemaal niet in Turkije is geweest in de jaren negentig wordt door sommige Nederlandse ambtenaren betwijfeld. Demmink was voor Nederland lid van het K4 comité van de Europese Unie waarin Demmink Nederland vertegenwoordigde. K4 houdt zich onder meer bezig met asielzaken.

Een Turkse functionaris uit de administratie van premier Erdogan heeft in een rapport dat gegeven waarop Demmink het land in zou zijn gereisd. Deze data omvatten de periode van beide aangiften. Het Nederlandse landelijk parket heeft van de gouverneur van Istanbul een lijst met vergelijkbare inreisdata ter beschikking gekregen. Het bezoek aan Ankara van het EU K4 comité valt ook binnen deze data. Demmink was in zijn K4-functie speciaal belast met het Koerden-dossier. In Turkije zijn diverse besprekingen van het K4 comité geweest over de grensproblematiek van de Europese Unie en over de in Noord-Irak op drift geraakte Koerdische bevolking.

Alle berichten over Demmink.