Amsterdammer Gwenette M. die met drie mede-verdachten in voorlopige hechtenis zit op verdenking van het voorbereiden van een moordaanslag is in april zelf in de Extra Beveiligde Inrichting in Vught geplaatst omdat er voor een aanslag op zijn leven werd gevreesd. Dat zei M. tijdens een pro forma-zitting voor de rechtbank in Amsterdam. Het Openbaar Ministerie gaat ervan uit dat M. in een dodelijk conflict verwikkeld is met een andere groep criminelen.
Door @Wim van de Pol
M. droeg bij zijn aanhouding op 21 oktober 2012 op de Dam in Amsterdam een kogelwerend vest. Hij ontmoette op de Dam drie andere personen, van wie er twee een vuurwapen droegen en ander een pruik van rastahaar. Officier van justitie Hans Oppe gaat ervan dat de groep gezamenlijk een rolverdeling had en bezig was een aanslag voor te bereiden. Hij rekent de wapens die werden aangetroffen óók toe aan degenen die geen wapen droegen.
Kenteken
Bij M. werd een briefje gevonden met een kenteken van een VW Polo waar een zekere Benaouf A. wel eens in reed. Deze A. was volgens de politie het eigenlijke doelwit van de moordaanslagen in de Staatsliedenbuurt op 29 december. M. zat toen al vast. Maar officier Oppe gaat ervan uit dat M. in oktober A. wilde laten vermoorden. Het briefje met dat kenteken is feitelijk het enige bewijs daarvoor.
Gewaarschuwd
Advocaat Marnix van de Werf van M. vindt het de omgekeerde wereld. Volgens hem bedreigde juist A. Gwenneth M. en zijn daar ook bewijzen voor. Van de Werf: 'Kern van de zaak is dat M. eind september tot twee keer toe werd gevolgd door een VW Polo met een kenteken dat op het briefje stond. Dat was kort voordat zijn vriend Bouhbouh werd vermoord in Antwerpen. Daarna is hij door de Criminele Inlichtingen Eenheid gewaarschuwd dat zijn leven en dat van zijn familie gevaar liep en dat deze dreiging te maken had met Antwerpen. En nu is A. ook nog verdachte in de moord op Bouhbouh. Wie bedreigt er dan wie?'
Stoplicht
M. zelf kreeg ook het woord: 'Eind september kwam ik thuis om een uur of 01.00. Ik keek rond en zag een VW Polo zonder hoofdsteunen. Ik reed terug en zag dat er twee mannen inzaten die achterover leunden. Ik reed door en die Polo scheurde weg. Ik ben erachteraan gereden maar op de snelweg kon ik ze niet inhalen. Een paar dagen nadat Bouhbouh was doodgeschoten reed ik op de Haarlemmerweg en toen zag ik een Polo achter mij die moeite deed niet naast me te komen staan bij het stoplicht. Hij volgde mij enige tijd en toen hij door had dat ik het door had sloeg hij af. Vindt u het gek dat ik een kogelwerend vest ging dragen? Dat alles bijelkaar, dat kan toch niet tegen mij gebruikt worden?, aldus M.
Getuige A.
'Ik ken hem niet', zei M. over A., 'Daarom wil ik hem ook als getuige laten horen'. A. heeft volgens officier van justitie Oppe laten weten niet te willen getuigen.
'U had geen conflict met hem?', vroeg de voorzitter van de rechtbank.
'Ik zat binnen tussen 2009 en 2012. Hoe kan er dan een conflict zijn? Ik heb daar niks mee te maken', antwoordde M. Hij zei verder direct na de zitting in april te zijn afgevoerd naar de EBI in Vught omdat zijn leven in gevaar zou zijn.
Nog een pro forma
Officier van justitie Herman Oppe zei dat M. en de drie anderen worden verdacht van het voorbereiden van een moordaanslag op Benaouf A. Dat is een nauwkeuriger omschrijving dan tot nu toe werd gehanteerd. Aanvankelijk sprak het OM alleen van een voorbereiding op een aanslag. Oppe zei niet te verwachten dat de zaak op korte termijn tot een inhoudelijke behandeling zal komen en dat er over drie maanden nog zeker een pro forma-zitting nodig zal zijn.
Negen maanden
Oppe wil wachten op de resultaten van het politieonderzoek over de Staatsliedenbuurt en dat naar de moord op Bouhbouh in Antwerpen. De advocaten vinden dat er te weinig bewijs is om de hechtenis, die nu negen maanden duurt, te verlengen. Tegen de medeverdachten is al helemaal geen hard bewijs voor het voorbereiden van een aanslag op A., buiten het feit dat ze gezamenlijk zijn aangehouden op de Dam en dat twee van hen een vuurwapen droegen.
De hechtenis is inmiddels geschorst.