De lichamen van Ingrid Visser en haar man Lodewijk Severein waren onthoofd met een snoeizaag, zo schrijft de krant ABC. Bij Severein waren enige tanden uitgetrokken. Het heeft er dus de schijn van dat de twee gemarteld zijn. Het appartement was grondig schoongemaakt, maar bloedsporen zijn vrijwel altijd nog op te sporen.  

‘Onenigheden’

De twee aangehouden Roemenen zouden mogelijk zijn ingehuurd, door de oud-voorzitter van de volleybal-club van Murcia. Volgens verschillende media hebben de martelingen meerdere dagen in beslag genomen. Op de persconferentie van maandag werd gesproken over ‘onenigheden’ tussen de Nederlanders en deze Juan C. L. (36). Waar die over zouden gaan werd niet vermeld. 

Mogelijk betrof het verschil van mening een schuld. Volgens ABC had Visser een brief gestuurd aan een advocaat in Murcia, waarin ze vroeg om een afspraak. Die brief maakt nu deel uit van het onderzoeksdossier.

La Opinión de Coruña spreekt over een ‘grote schuld’ van Juan C. L. Ondernemer Severein zou samen met C. hebben geïnvesteerd in een marmergroeve. C. zou hebben bekend de twee Nederlanders te hebben laten ombrengen om de schuld kwijt te raken.

Resten

Dna dat afkomstig is van de resten van de twee Nederlanders wordt nu in Madrid onderzocht en vergeleken met dna dat uit Nederland is aangevoerd. Op deze manier moet identificatie van Visser en Severein worden verzekerd. Als reden voor dit onderzoek geven de autoriteiten aan dat ‘de situatie waarin de lichamen zich bevinden dit vereist.’

De Spanjaard Juan C. was tot 2005 voorzitter van de Club Atlético Voleibol (CAV) Murcia. De twee Roemenen zijn Valentin I. (59) en Constantin S. (47).