Colombia en de Verenigde Naties hebben in een overeenkomst vastgelegd dat ze zullen proberen om cocaboeren over te halen andere producten te telen. Zo hoopt de VN de productie van cocaïne te laten dalen. Eerdere pogingen coca te verdrijven uit de landbouw zijn mislukt.

Avocado’s

Colombiaanse cocaboeren zouden volgens het plan compensatie krijgen als ze switchen naar een alternatief product. Daarvoor is 270 miljoen euro beschikbaar.

Daarbij springt de avocado in het oog. Avocado’s zijn in Noord-Amerika en Europa ongekend populair. De vraag naar avocado’s is sinds de jaren negentig verdrievoudigd.

De VN-organisatie voor drugs en misdaad (UNODC) vindt dat de vraag naar avocado’s een kans biedt.

270 euro

Boeren kunnen nu voor iedere hectare cocaplanten zo’n 270 euro per maand verdienen. Volgens de overeenkomst worden ze gecompenseerd voor een mindere opbrengst als ze producten als koffie, cacao of avocado gaan telen.

Er is momenteel heel veel cocaïne in Colombia. Dat komt vooral omdat het areaal met cocastruiken de laatste jaren met tientallen procenten per jaar is gegroeid.

Probleem

Er zijn de afgelopen jaren in Zuid-Amerika andere programma’s geweest om boeren over te halen alternatieve producten te telen. Die zijn mislukt. Met name in Peru en Bolivia maar ook in Colombia ziet de Indiaanse bevolking de plant als heilig en kauwen de mensen de blaadjes, als een milde opkikker, te vergelijken met koffie.

Een oorzaak is bijvoorbeeld de invloed van criminele organisaties in de coca-gebieden, die nogal afgelegen zijn. Boeren hebben problemen om hun producten naar de markt te krijgen terwijl drugsproducenten de blaadjes direct ter plaatse afnemen of verwerken tot pasta. Een ander probleem is de verwevenheid van boerenfamilies met de cokehandel. Veel boeren verwerken hun blaadjes direct tot pasta básica, het halffabrikaat van cocaïne.

Wat betreft de avocado’s is de angst dat cocaïnehandelaren van de groeiende export gebruik zullen maken om cocaïne in de avocadozendingen te verstoppen.