Ros en La Serpe tegenstrijdig over Cor van Hout

Fred Ros heeft verklaringen afgelegd over zeven liquidaties in het criminele milieu, schrijft De Telegraaf vanochtend, die zich baseert op de politieverhoren. Wat opvalt is dat Ros’ verhaal over de liquidatie van Cor van Hout op essentiele punten afwijkt van dat van Peter La Serpe, de andere kroongetuige in het liquidatieproces Passage. Was Fred er nou zelf bij of niet?

 

Door Vincent Verweij

 

Fred Ros zegt over de liquidatie op Van Hout in 2003 dat hij de opdracht kreeg van Holleeder. „De opdracht werd door Holleeder gegeven aan Jesse Remmers”, zegt hij. „Alle informatie over Van Hout kwam vervolgens bij Soerel vandaan. Soerel en Holleeder gingen toen al samen en het is een gezamenlijke opdracht geweest. Op verzoek van Jesse heb ik ervoor gezorgd dat er een motor werd verplaatst. Eerst stond die bij mijn woning aan de Lokeend in Vinkeveen en later heb ik de motor naar de Distelvlinderweg in Diemen gereden, waar Greg Remmers toen woonde.

Glazenwasser

Die motor was eerder in gebruik geweest bij ene Willem, die een glazenwassersbedrijf had. Volgens Ros bestuurde ‘Willem de glazenwasser’ de door hem klaargezette motor waarmee Jesse Remmers (de zoon van Greg) naar de moordplek in Amstelveen, voor de deur van een Chinees restaurant, werd gereden. Jesse zou hebben geschoten. Fred Ros zou zelf dus helemaal niet aanwezig zijn geweest op de plaats delict.

La Serpe

Deze versie van de gebeurtenissen verschilt op essentiele punten van het verhaal dat Peter La Serpe vertelde en wat een ooggetuige in Amstelveen verklaarde. De ooggetuige zag kort voor de liquidatie een BMW geparkeerd staan in de Dorpsstraat met daarin een man met een Chinees uiterlijk, gekleed in pak met stropdas. Een compositietekening van de man werd verspreid in de media. Peter La Serpe verklaarde daarover bij de recherche:

“Na de moord op Cor van Hout heb ik op het internet de compositietekeningen van de daders van de moord op Cor van Hout gezien. Toen ik die zag vond ik het ongelooflijk dat Jesse niet was aangehouden. Het gezicht van Jesse kwam duidelijk op die compo naar voren en ook was op de tekening vanaf borsthoogte een keurig pak met stropdas te zien. Ook dat was typisch Jesse. Ik kan u zeggen dat ik zelf ben veroordeeld op basis van compo’s die minder gelijkend waren dan deze van Jesse. Eigenlijk wist ik al dat Jesse, Cor van Hout ‘gedaan had’. Toen ik namelijk de compositiefoto zag in de media, herkende ik Jesse direct en heb ik hem daarover aangesproken met woorden als: ‘Het is een wonder dat ze jou nog niet aangehouden hebben’, waarop Jesse zei: ‘Ik heb een engeltje op mijn schouder’.

Schutter

De verklaringen van de ooggetuige en van La Serpe vormen een sterke aanwijzing dat Jesse Remmers op de uitkijk heeft gestaan bij de liquidatie, maar niet op de motor zat. La Serpe zegt dat hij een sterk vermoeden heeft wie er dan wel op die motorfiets zaten: “Het is voor mij duidelijk dat de liquidatie van Van Hout is gedaan door Sjaak B., als de schutter vanaf de motor, Fred Ros, als bestuurder van de motor en dat Jesse Remmers de organisator is geweest. Dit is een conclusie uit gesprekken en feiten zoals hiervoor aangegeven.”

De recherche heeft vastgesteld dat Fred Ros in de periode dat Van Hout werd vermoord vriendschappelijk omging met Sjaak B. en Jesse Remmers. Hij kwam bij Remmers privé over de vloer. Ook is gebleken dat er in het huis heimelijk werd gecommuniceerd met briefjes, uit angst om afgeluisterd te worden.

Tegenstrijdigheden

Ook over de liquidaties van Atilla Onder en Thomas van der Bijl heeft Fred Ros anders verklaard dan tot nu toe werd aangenomen. Het Parool schrijft dat in deze zaken de lezingen over de gebeurtenissen door Justitie worden bijgesteld. Vandaag zullen de advocaten van ondermeer Soerel en Remmers tijdens het hoger beroep van Passage de nieuwe verklaringen ongetwijfeld onder vuur nemen. Crimesite doet de hele dag verslag.

Alle details en de originele processen-verbaal in het boek De Liquidatiedossiers.