Utrechtse serieverkrachter: 16 jaar in hoger beroep

Het gerechtshof in Arnhem heeft de Utrechtse serieverkrachter Gerard T. – net als de rechtbank – veroordeeld tot de maximale celstraf van zestien jaar, conform de eis van de advocaat-generaal. De verkrachtingen en aanrandingen acht het hof van een ‘onvoorstelbare bruutheid’.

Geen opwelling

Het hof vindt wettig en overtuigend bewezen dat T. de vier aan hem tenlastegelegde verkrachtingen heeft begaan. Drie in 1995 en één in 2001, alle in het oostelijk buitengebied van de stad Utrecht, in de buurt van universiteitscentrum De Uithof en De Bilt. Alle verzoeken en verweren van de verdediging zijn afgewezen. Het hof:

Verdachte heeft met onvoorstelbare bruutheid en totale veronachtzaming van de lichamelijke en geestelijke integriteit van de slachtoffers gehandeld. Hij heeft die integriteit volstrekt ondergeschikt gemaakt aan de bevrediging van zijn eigen gewelddadige, seksuele lusten. De feiten hebben de rechtsorde ernstig geschokt en bijgedragen aan gevoelens van angst en onveiligheid in de samenleving. Verdachte heeft op vier momenten besloten om deze gruwelijke feiten te plegen. Hij heeft die feiten telkens niet in een opwelling gepleegd, maar hij is erop uit geweest. Gelet op de herhaling van de gedragingen en de overeenkomsten kan worden gesproken van een seriematig karakter, ook al heeft één feit zes jaar later plaatsgevonden dan de andere drie.

Geen inzicht

Het hof vindt helemaal niet dat er sprake is omstandigheden die strafverminderend kunnen werken. Ook is er sprake van gerechtvaardigde vrees voor herhaling, vindt het hof. T. heeft geen inzicht gegeven in zijn motieven of in zijn geestelijke – of gemoedstoestand. Daarom ook wil het hof hem zo lang als mogelijk opsluiten en vindt alleen de maximale gevangenisstraf passend en geboden.

Aan één van de slachtoffers moet T. ruim 35.000 euro schade vergoeding betalen.

Lees het arrest.