Jesse Remmers wilde over Fred Ros verklaren (#1)

De door de rechtbank tot levenslang veroordeelde Jesse Remmers wilde in 2007 een kluisverklaring afleggen over de toenmalige moordverdachte Fred Ros, die inmiddels kroongetuige is. Een teamleider van de recherche ontkende dat vorig jaar onder ede. Nu blijkt dat Remmers’ verhaal wordt bevestigd in een brief van een officier van justitie.

Door @Wim van de Pol

Afgelopen vrijdag kreeg in de beveiligde rechtszaal op Schiphol de  tot levenslang veroordeelde Remmers in de staart van de zitting het woord. Remmers vertelde over zijn contacten met een toenmalig teamleider van de Amsterdamse recherche, Bart Gietema. Tijdens zijn uitlevering door Marokko reisde hij in 2008 samen met Gietema in het vliegtuig terug naar Nederland. Ze zaten naast elkaar. Remmers zei destijds in het vliegtuig aan Gietema te hebben verteld over zijn contacten met een rechercheur van de Criminele Inlichtingeneenheid (CIE) van de toenmalige Nationale Recherche. Hij noemden dat contact “Sidney”. Deze Sidney bestond echt. Zijn naam en telefoonnummer bleken in een computer van Remmers te staan en kroongetuige Peter la Serpe verklaarde dat de naam “SIDney” was afgeleid van C.I.D. (voor Criminele Inlichtingen Dienst).

Handschrift Ros

De vliegreis was in januari 2008 nadat Remmers op 13 februari 2007 in Marokko was opgepakt. Remmers zegt tijdens de vlucht aan Gietema uitgebreid te hebben verteld dat hij aan rechercheur Sidney een handgeschreven briefje heeft gegeven. Volgens hem was het handschrift op dat briefje hetzelfde als dat op een ander briefje dat een grote rol speelde in het Passage-proces en gevonden is bij een vriendin van Jesse. Op dát briefje (foto) stonden kentekens van auto’s van Thomas van der Bijl en van een Audi die is gebruikt door Ros en de moordenaars. Het handschrift op dat briefje was van Fred Ros, volgens Jesse Remmers, net als het handschrift op het andere briefje dat hij aan “Sidney” gaf. Fred Ros was al in de zomer van 2006 aangehouden op verdenking van de moord op Thomas van der Bijl, de zaak waarin Jesse Remmers ook verdachte was. Dat andere briefje is nooit opgedoken in het Passage-dossier.

Kluisverklaring

Na de vliegreis van Rabat naar Amsterdam door Remmers en Gietema, kwam Jesse Remmers terecht op cel 007 van het hoofdbureau van politie in Amsterdam. Hij werd daar op 24 januari 2008 gehoord. Maar hij zei niets. Aan het einde van een urenlange sessie van alleen maar vragen over de moorden op Houtman en Van der Bijl stelde een rechercheur de vraag of er omstandigheden zijn waarin Remmers wél wat zou willen zeggen:

Recherche: Nogmaals de vraag: “Zijn er ook andere mensen aan wie jij dingen hebt toevertrouwd, die daar eigenlijk niet mee om kunnen gaan ?”

Jesse: Ik beroep mij op mijn zwijgrecht.

Recherche: Is er iemand die jou wel kan overtuigen om jouw verhaal te doen?

Jesse: Of er iemand is die mij kan overtuigen om mijn verhaal te doen. Je bedoelt nu?

Recherche: Ja

Jesse: Weet je wat het is …. Het liefst zou ik dat nu helemaal doen, maar wel met de afspraak dat we het laten liggen tot de tijd dat ik zeg … En ik denk dat het dan beter is … Dat ik het een hele tijd daarvoor al had gedaan … en dat het op een veilige plek lag ….. En als het dan komt, dat het wel bekend is dat ik het toen allemaal had gezegd.

Recherche: Dus liefst zou jij nu een kluisverklaring afleggen, die in de kluis gaat en die er pas uitkomt als jij dat zegt.. ..
Zodat het jouw verklaring is, zonder invloeden van buitenaf.

Jesse: Ja, maar dan moet je wel rekening houden dat bepaalde delen niet makkelijk gefundeerd kunnen worden … Dan zeg ik: “Laat dat dan maar zitten.”

Recherche: Dingen die niet gefundeerd zijn, kunnen onderzocht worden.

Jesse: Weet je wat, dat brengt mij op een idee….
Ik ga even met mijn advocaat praten.

De volgende dag om 10.00 kwam teamleider Gietema bij Remmers in zijn cel 007 op bezoek. Volgens Remmers ging dat gesprek over de mogelijkheid dat hij een kluisverklaring zou afleggen. Ook zegt Remmers dat Gietema dat gesprek heeft opgenomen met een memorecorder.

Onder ede

Gietema heeft dit onder ede ter zitting van het gerechtshof op 8 september 2014 ontkend. Hij zei zich ‘niet te kunnen herinneren’ dat hij Remmers in het cellenblok heeft gesproken. Evenmin kon hij zich herinneren dat Remmers hem vroeg of hij een kluisverklaring zou kunnen afleggen. Die ontkenning wekt grote verbazing op. Gietema sprak hier mogelijk in strijd met de waarheid want uit een brief van de Amsterdamse officier van justitie Betty Wind bleek voor het hof vrijdag dat dit gesprek wel degelijk heeft plaatsgevonden. Het staat namelijk in een mutatie in het dagjournaal van de Amsterdamse recherche die Gietema zelf opmaakte.

(wordt vervolgd):

‘Een relatie tussen Ros en de Staat?’ (#2)

Lees een ander artikel over deze zitting van Passage:

‘Dat gaat niet gebeuren’