Achterdam: Feest of slecht nieuws
‘De Alkmaarse hoerenbuurt wordt gedecimeerd omdat er ooit geld van de Heinekenontvoering is geïnvesteerd. Slecht nieuws voor iedereen die wel eens zwart geld aanraakte. Feest gisteren op het ministerie van Veiligheid en Justitie, bij het Landelijk Bureau Bibob (LBB). Dat is het team dat in alle mogelijke bestanden informatie uit strafdossiers, criminele inlichtingen en belastinggegevens mag opvragen, om de handel en wandel van dubieuze ondernemers en financiers na te trekken.’ Dat schrijft Jan-Willem Navis in Spits.
‘Met de wet Bibob kan een vergunning worden geweigerd aan ondernemers waarvan alleen al vermoed wordt dat ze de vergunning kunnen gebruiken voor criminele doeleinden.
De uitspraak in de zaak tegen de eigenaars en exploitant van 92 ramen aan de Achterdam in Alkmaar is een klinkende overwinning. Niet alleen omdat het geleverde werk is goedgekeurd, maar ook omdat door de uitspraak veel meer kan worden gedaan tegen de georganiseerde misdaad. En hoger beroep is niet meer mogelijk.
Burgemeester Bruinooge van Alkmaar heeft de weg naar hoger beroep afgesneden. In 2009 leed Alkmaar een smadelijke nederlaag in deze juridische strijd. De rechter maakte gehakt van de inhoud van het rapport van het LBB. Bruinooge kwam voor het hoger beroep met een nieuw besluit en een veel beter onderbouwd rapport. In plaats van een nieuwe rechtszaak, is besloten om de tweede procedure bij het hoger beroep bij de Raad van State te voegen. Daardoor is nu geen beroep meer mogelijk.
De inhoud van het rapport over de Achterdam komt er globaal op neer dat tweederde van de panden die worden verhuurd aan raamexploitant Koos Nool, is aangeschaft met crimineel geld. Geld van overvallen van Cor van Hout van eind jaren zeventig, het altijd verborgen gebleven deel van het losgeld van de Heinekenontvoering uit 1983 en hasjgeld van Johan V. (de Hakkelaar). Ze zouden dit via tussenpersonen hebben gedaan. Deze tussenpersonen hebben altijd gezegd, en ook proberen te bewijzen, dat het geld uit legale bronnen kwam. Kan zijn, maar ooit was er sprake van crimineel geld dat mee werd geïnvesteerd, oordeelt de Raad van State. Daarom is er sprake van witwassen. De huuropbrengsten van de prostitutieramen zijn inkomsten gemaakt met van oorsprong crimineel geld.
Het opmerkelijke is dat deze bewijsconstructies de toets van een strafrechter nooit hebben doorstaan. Dat is ook de belangrijkste kritiek van Ramon Ridder, advocaat van twee eigenaren van besmette panden. ‘De Raad van State heeft niet inhoudelijk naar onze kritiek op de feiten gekeken, maar alleen naar de procedure.’
Volgens hem en volgens Rob IJsendijk, de advocaat van Nool, heeft de uitspraak grote gevolgen voor andere Bibob-procedures. IJsendijk: ‘Iedereen die ooit één besmette euro in handen heeft gehad, is daarna ook met al zijn legaal verdiende euro’s een witwasser.’
Juist deze conclusie van de Raad van State (een door de Koningin geleid college van advies aan de regering dat ook bestuursrechtspraak doet) is reden voor jubelstemming op het ministerie. Eind jaren zeventig had niemand in Nederland nog notie van georganiseerde misdaad. Maar zelfs geld dat toen is gestolen, kan nu worden tegengehouden in de legale economie. De ondernemer moet zijn onschuld maar bewijzen.
Het is nu de vraag of de overheid deze makkelijke route ook consequent gaat bewandelen. Krijgt een grote bierbrouwer met banden met de Oranjes ook geen vergunning als ze een horecapand koopt of huurt dat ooit met crimineel geld is gekocht? Of is die behandeling voorbehouden aan ondernemers die een gemeente liever kwijt is, zoals een exploitant voor prostitutie?’
—