‘Agenten leren niet van geweldsincidenten’

De politie leert te weinig van de incidenten waar agenten onterecht geweld hebben gebruikt, grotendeels omdat de politie de discussie rond het gebruik van geweld door de politie ‘veelal als een aanval op het werk van agenten ziet’.  Dat zegt de Nationale ombudsman Alex Brenninkmeijer in het rapport ‘Verantwoord politiegeweld’.

Volgens Brenninkmeijer is de Nederlandse politie terughoudend met het gebruik van geweld en lukt het bijna altijd om niet de wapenstok of peperspray te gebruiken. Maar als de politie toch geweld gebruikt dat niet nodig zou zijn geweest, doet de politie dat te vaak af als ‘ongelukkig incident’, zegt de ombudsman.

Brenninkmeijer vindt dat geweldssituaties moeten worden nabesproken, zodat agenten er iets van kunnen leren. ‘De politie heeft een sterke focus op de vraag of het geweldgebruik een strafbaar feit vormt of niet, waardoor de vraag naar de professionaliteit van dat geweld onbeantwoord blijft’, aldus Brenninkmeijer.

Te weinig vaardigheden

De ombudsman onderzocht klachten van de afgelopen tien jaar en sprak met agenten ‘van de straat’. Hij denkt dat agenten niet genoeg vertrouwen hebben omdat ze niet genoeg fysieke en sociale vaardigheden krijgen aangeleerd, hun collega’s en de plaats waar ze worden ingezet niet goed genoeg kennen.

Agenten moeten daarom beter getraind worden en moeten elkaar meer aanspreken, vindt Brenninkmeijer. Ook moet het ministerie van Veiligheid en Justitie instructies aanvullen, voornamelijk wat betreft inzet van politiehonden en gebruik van handboeien. De richtlijnen zouden te onduidelijk zijn.

Reeks incidenten

Elk jaar zijn er zeker 15.000 meldingen van geweld. Brenninkmeijer krijgt ongeveer 100 klachten, waarvan een deel terecht is. De meeste klachten gaan over het gebruik van handboeien, de inzet van politiehonden en fysiek geweld. Volgens Brenninkmeijer vallen daarnaast relatief veel doden door politiekogels.