Badr Hari: één jaar cel

De rechtbank in Amsterdam heeft Badr Hari (29) veroordeeld tot 1,5 jaar gevangenisstraf waarvan een half jaar voorwaardelijk. Badr Hari is schuldig aan medeplegen van de mishandeling van zakenman Koen Everink tijdens Sensation White en aan andere mishandelingen. De rechtbank vindt dat Badr Hari beter had moeten weten.

Volgens de rechtbank staat vast dat Badr Hari in de skybox van de Arena begon met het geweld. Weliswaar is wat daarna gebeurde niet duidelijk maar Hari nam geen afstand, kwam niet tussenbeide en liep niet weg. Er was echter geen voorbedachte rade. 

Broer

In de zaak van de de mishandeling in de club Air vindt de rechtbank het niet aannemelijk dat broer Yassine de stoten uitdeelde. Hij lijkt niet op Badr, aldus de rechtbank. Hier is hij schuldig aan zware mishandeling van de eigenaar en een tweede persoon. Ook de mishandeling in de Kleine Cooldown is bewezen maar die kopstoot had Badr Hari zelf ook al bekend.

Blinq

Het medeplegen van de mishandeling van de portier in club Blinq is bewezen. Badr Hari erkende dat hij de portier 5000 euro betaalde om zijn naam niet te noemen tegen de politie. Ook het verkeersmisdrijf op de Amsterdamse Albert Cuyp-markt, waarbij Badr Hari een vrouw aanreed, achtte de rechtbank bewezen. Hij verzuimde goed op de voetgangers te letten, hoewel het toegestaan was rond die tijd op de markt te rijden.

Vrijspraken

Voor de zaak van de kopstoot in club Jimmy Woo spreekt de rechtbank Hari vrij. Ook voor de mishandeling van zijn ex-vriendin en de vernieling van haar huisraad ziet de rechtbank te weinig bewijs. Voor de mishandelingszaak in de Arena is Ferhat Y. vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. Tegen hem was 20 maanden geëist.

Geen trial by media

De rechtbank vindt dat de politie wel slordig is geweest bij het onderzoeken van de plaats delict in de Arena tijdens het Sensation-feest maar dat was niet doelbewust en leidt niet tot niet ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie. Alle publiciteit kan niet matigend op de straf werken, vindt de rechtbank, omdat niet alle publiciteit voor hem negatief was. Hij heeft ook zelf publiciteit gezocht. Er was dus volgens de rechtbank geen sprake van trial by media.
 
Badr Hari verliet de rechtbank direct. Hij zal zich later moeten melden voor het uitzitten van zijn straf. Het Openbaar Ministerie gaat in hoger beroep. Er was vier jaar waarvan één voorwaardeljk geëist. Effectief zal Badr Hari minder dan een half jaar cel tegemoet moeten zien, want hij heeft al een half jaar in voorarrest doorgebracht. Hier het vonnis.