Bekentenissen in gruwelijke moord

Twee mannen van 34 jaar hebben de dubbele moord in 1997 op Henk Opentij en Mary Run bekend. Deze twee oudere mensen werden in november 1997 in een flat aan de Noorderbreedte in Amsterdam-Noord door messteken om het leven gebracht. De politie is Miquel K. en Melvin R. op het spoor gekomen na een tip van Peter R. de Vries en door dna-onderzoek. Onlangs werden de twee mannen aangehouden. Doorslag gaf dna-verwantschapsonderzoek in de dna-databank. Het is voor het eerst dat hiermee een moord is opgelost.

Vlak voor het ter perse gaan van het boek Cold Cases werd de arrestatie van de twee verdachten bekendgemaakt. De redactie kon nog juist in een paar zinnen deze aanvulling geven. 

Na 15 jaar is nu één van de meest opzienbarende moorden van Nederland opgelost. De twee oudere mensen zijn afgeslacht terwijl er bijna niets van waarde is meegenomen. Te bezien valt of de twee mannen iets over hun motief tegen de politie hebben verteld. 

Justitie schrijft vrijdag: ‘De volhardendheid van het onderzoeksteam en de medewerking van Peter R. de Vries hebben geleid tot de ontknoping van deze zaak. Bij het OM hebben we ons de laatste drie jaar in deze zaak vastgebeten omdat we net zoals de politie en De Vries deze zaak zo graag wilden oplossen. Na vijftien jaar kunnen de nabestaanden eindelijk een naar hoofdstuk in hun leven afsluiten’.

De twee verdachten uit Amsterdam zijn eind oktober aangehouden. De raadkamer van de rechtbank heeft op 5 november 2012 het voorarrest van de beide verdachten tot begin februari 2013 verlengd.

In de woning waar Run en Opentij in 1997 woonden en zijn gedood, vond de politie naast de bloedsporen van de slachtoffers ook een spoor dat niet van beide slachtoffers was. Vergelijking van dna-materiaal uit dit spoor leverde geen match op met materiaal uit de landelijke dna-databank.

In 2010 besloten het Openbaar Ministerie en de politie tot een grootschalig dna onderzoek onder mannen die in het dossier van de zaak voorkwamen. Dit onderzoek leverde echter geen aanwijzingen op naar de mogelijke daders. Uit recent onderzoek naar de etniciteit van de drager van het dna dat in eeen spoor op de plaats delict is aangetroffen, werd duidelijk dat de drager een man moest zijn van negroïde afkomst. Dit was een nieuwe onderzoeksrichting en deze paste bij de tip van Peter R. de Vries.

Na onderzoek is vast te komen staan dat een familielid van één van de verdachten in de dna-bank bleek voor te komen. Toen is verwantschapsonderzoek gedaan, dat sinds april 2012 is toegestaan. Uit dit verwantschapsonderzoek is gebleken dat er een relatie is tussen dna-materiaal van het familielid en het gevonden spoor op de plaats delict. De verdenking tegen verdachten werd door deze relatie sterker.

Na aanhouding van de verdachten en het afnemen van wangslijm, bleek het dna van één van de verdachten overeen te komen met het dna uit het aangetroffen spoor in de woning van de slachtoffers. Het is de eerste keer dat deze methode heeft bijgedragen aan het oplossen van een misdrijf.

Commissaris Nicole Bogers van het district Noord: ‘Als districtschef ben ik erg trots en blij dat het rechercheteam het voor elkaar heeft gekregen om dit zeer ernstige misdrijf daadwerkelijk op te lossen. Het heeft veel tijd en energie gekost en dat betaalt zich nu uit. De samenwerking en vakmanschap, tussen ons korps, het OM en Peter R. de Vries waren doorslaggevend! Een dergelijk heftige zaak oplossen is voor de nabestaanden in het kader van de verwerking zeer belangrijk en kan hopelijk enige troost brengen.’

Door de aanhouding en bekentenissen van de twee 34-jarige mannen zijn de personen die eerder als verdachten zijn aangemerkt definitief van blaam gezuiverd.

Cold Cases ligt in de boekhandel en is te bestellen bij Crimesite.