Benaouf A. gaat nog niet naar lichter regime
De onder meer voor betrokkenheid bij moord veroordeelde Benaouf A. gaat niet naar een lichter gevangenisregime. Eind augustus eiste hij in kort geding dat zijn status op de zogeheten GVM-lijst zou worden aangepast. De voorzieningenrechter besloot vrijdag dat A. niet ontvankelijk is in zijn verzoek.
13Maracane
In december 2012 werden in de Amsterdamse Staatsliedenbuurt twee mannen doodgeschoten. A. wist net te ontsnappen aan de schutters terwijl hij het eigenlijke hoofddoelwit was.
Hij kreeg daarna twaalf jaar voor medeplichtigheid voor een moord in Antwerpen en daarna nog eens twaalf jaar cel in de zogeheten 13Maracane-zaak voor voor deelname aan een criminele organisatie, poging uitlokking moord en medeplegen van voorbereiding van een moord. In oktober 2017 mislukte een poging om hem met een helikopter uit de gevangenis van Roermond te bevrijden.
PI Leeuwarden
A. verbleef enige jaren in de EBI en mocht wegens goed gedrag uiteindelijk naar de PI in Leeuwarden.
Dit voorjaar kwam kregen de gevangenisautoriteiten de indruk dat A. mogelijk opnieuw aan een ontsnapping werkte. De reden was de bezorging op 30 mei 2024 bij de PI Leeuwarden van een briefje, door zijn echtgenote. Het briefje bevatte een gelukwens voor zijn huwelijk. Justitie stelt dat erin sprake was van “versluierd taalgebruik” en dat het afkomstoig was van een criminele connectie van A..
Daarom werd hij opnieuw overgeplaatst naar de EBI in Vught.
Teleurgesteld
A. eiste in het kort geding dat zijn GVM-status zou worden verlaagd van “extreem” naar “verhoogd”.
De rechter besliste dat A. zich moet richten tot de Raad voor de Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ).
De advocaat van A., Esther Blok, zegt in reactie teleurgesteld te zijn, vooral omdat de rechter door de beslissing niet toekomt aan een inhoudelijke beoordeling. Blok: ‘Wij zijn van mening dat de plaatsing op de GVM-lijst in de categorie extreem berust op onjuiste gronden. De vraag over de ontvankelijkheid zullen wij nu in hoger beroep voorleggen aan het gerechtshof.’
Blok noemt het positief dat de voorzieningenrechter in het vonnis expliciet overweegt dat het voor A. van groot belang om zo spoedig mogelijk een beslissing te krijgen van de RSJ. Op dit moment loopt daar een beroep tegen de EBI-plaatsing A.. De rechter vindt ook dat de Staat moet meewerken aan een snelle uitspraak van de RSJ.
A. heeft door zijn lange verblijf in de EBI last van ernstige stressklachten en lichamelijke klachten.
Meer over de zaak:
Benaouf A. eist in kort geding lichter gevangenisregime