Het gerechtshof in Den Bosch heeft vandaag vijf mannen die deel uitmaakten van een criminele organisatie die in wiet handelde veroordeeld tot cel- en werkstraffen. De mannen staan allen in verband met de in 2008 neergeschoten wietkweker Gertjan van der Pasch. De straffen voor twee Eindhovenaren en drie mannen uit Boxtel, Heeze en Middelbeers variëren van één maand tot een half jaar onvoorwaardelijke celstraf. Daarnaast hebben zij een werkstraf van elk 240 uur.

Van der Pasch werd drie jaar geleden om het leven gebracht toen hij samen met een vriend polshoogte ging nemen in zijn hennepkwekerij nadat er een stil alarm was afgegaan. Van der Pasch was gewapend met een pistool. De rippers waren echter ook goed voorbereid. Na een schietpartij liet de wietkweker het leven. Aan de hand van telefoongesprekken die Van der Pasch voor zijn dood voerde, kon de politie de rest van zijn organisatie traceren.

De schietpartij was voor hoofdofficier van justitie Gerrit van der Burg van het openbaar ministerie in Den Bosch aanleiding te benadrukken dat de wietteelt in handen is gekomen van de georganiseerde misdaad. ‘Dat is gepaard gegaan met een enorme toename van geweld, grof geweld, tot aan liquidaties toe. Daar valt niks op af te dingen.’

Volgens de hoofdofficier wordt er in Nederland meer wiet geproduceerd dan geconsumeerd. Een groot deel van de hennep wordt door criminele organisaties naar het buitenland geëxporteerd. De bendes hebben echter niet alleen de wereld van de softdrugs in hun greep, maar ook die van harddrugs en wapens. ‘Het loopt allemaal door elkaar heen, met alle schadelijke gevolgen van dien.’