Tegen een verdachte die in 1996 een serie verkrachtingen zou hebben gepleegd eist het Openbaar Ministerie in Amsterdam ruim vier jaar cel en tbs met dwangverpleging. De man wordt ook verdacht van gijzeling en poging tot doodslag. Verdachte Rufus S. (33) ontkent deze geweldsdaden te hebben gepleegd. De strafeis is laag omdat de verkrachtingen hebben plaatsgevonden vóórdat S. andere strafbare feiten pleegde waarvoor hij al is veroordeeld en heeft gezeten. Wettelijk is vier jaar de maximaal mogelijke straf.

De maximale celstraf voor de aan S. ten lastegelegde feiten is twintig jaar. Hij heeft voor andere feiten al vijftien jaar en negen maanden gezeten en daarom is vier jaar extra voor de pas later ontdekte verkrachtigen het maximaal haalbare. S. is pas eind 2009 in beeld gekomen nadat zijn dna een match opleverde met profielen uit de verkrachtingszaken uit 1996.

Tijdens de zitting waren zowel de verdachte als acht vrouwen die slachtoffer waren van verkrachting aanwezig.

S. heeft niet mee willen werken aan een psychiatrisch onderzoek in het Pieter Baan Centrum in Utrecht. Hij maakte gebruik van zijn zwijgrecht.