De Hoge Raad heeft dinsdag het herzieningsverzoek van Desi Bouterse afgewezen. Zijn advocaat Inez Weski had vorig jaar het derde herzieningsverzoek ingediend, sinds zijn veroordeling voor drugshandel in 1999 tot 11 jaar cel.
Stellendam
Het herzieningsverzoek had zich gericht op de belastende verklaringen in het dossier van de belangrijkste getuige, van de Belg Patrick van L.. Deze had laten weten dat hij onder druk van het Openbaar Ministerie in de strafzaak een valse verklaring heeft afgelegd, en dat ook bij een notaris laten vastleggen. De kern daarvan was dat Bouterse betrokken was bij een transport van 474 kilo cocaïne dat in 1997 in een jacht in Stellendam werd gepakt. Bouterse is sinds 2010 president van de republiek Suriname.
Reden
De Hoge Raad vindt dat bij een aanvraag tot herziening duidelijk gemaakt had moeten worden waaróm een getuige terugkomt op eerdere verklaringen. Redenen voor het terugkomen op eerdere verklaringen worden, aldus de Hoge Raad, in deze aanvraag niet gegeven. ‘Daarom levert deze nieuwe verklaring geen grond op om aan te nemen dat de eerdere belastende verklaringen onjuist zijn’, schrijft de Hoge Raad.
Bekend
De Hoge Raad vindt ook dat de twijfels die in het herzieningsverzoek zijn opgeworpen over de integriteit van het politieonderzoek niet voldoende zijn gemotiveerd. De Hoge Raad stelt daarover dus alleen vast dat de rechter destijds bekend was met het dossier waarvan het politieonderzoek deel uitmaakte.
Lees het arrest.
Zie ook: