Het Openbaar Ministerie heeft celstraffen geëist tegen vier Groningers die verdacht worden van afpersing en ontvoering. Ze zouden een 42-jarige man uit Appingedam hebben gemarteld om hem te bewegen een geldschuld in te lossen. Er kwamen een pistool, brandende sigaretten, een ijzeren staaf en een niet-apparaat aan te pas. 

Het slachtoffer zou in 2015 tegen zijn zin 13 uur zijn vastgehouden in een flat in de Groningse wijk Vinkhuizen. Daar kreeg hij een pistool tegen zijn hoofd, werd hij bewerkt met een ijzeren staaf en werd er een brandende sigarettenpeuk uitgedrukt op zijn buik. Volgens de Appingedammer werd zijn shirt met een niet-apparaat vastgeniet aan zijn lichaam.

De officier van justitie sprak in de rechtbank in Leeuwarden van ‘meedogenloze incassopraktijken’. Tegen hoofdverdachte Ö. eiste ze een celstraf van anderhalf jaar. Vier medeverdachten hoorden 15, 12 en 9 maanden cel eisen.

Onbetrouwbaar

De advocaten van de verdachten noemden de verklaringen van het slachtoffer onbetrouwbaar en vroegen vrijspraak. De man uit Appingedam is inmiddels overleden en kan niet meer worden ondervraagd. Een van de advocaten verweet justitie de zaak te lang te hebben laten liggen.

Meer in Het Dagblad van het Noorden.