Het aantal woninginbraken in Amsterdam stijgt dit jaar met 15 procent tot rond de 8000. De stijging is mede te verklaren door acties van de politie tegen overvallen, waardoor veel criminelen de voorkeur geven aan een inbraak. 

'We leren het uit de verhoren: de vroegere overvaller begint nu vaak als inbreker', zegt commissaris Pim Jansonius zaterdag in Het Parool. 

12 tot 17 jaar

De daders komen vaak uit de buurt en veel van de inbrekers zijn jong. De grootste groep (40 procent) is tussen de 18 en 24 jaar, maar de groep van inbrekers tussen de 12 en 17 jaar is afgelopen jaar met twee procentpunt gegroeid naar 18 procent.

'Het zijn veelal jongens uit de Top 600 van criminelen die 'high impact crimes' plegen: overvallen, straatroven en inbraken', aldus Jonsonius. 'Zij kiezen gewoon de snelste en makkelijkste weg naar het geld. Welk soort misdrijf ze moeten plegen, maakt ze niet uit.'

Dicht bij huis

Veel inbraken worden gepleegd binnen een straal van een kilometer van het huis van de dader. 'Inbrekers kennen de omgeving en kunnen snel hun eigen, veilige huis opzoeken', verklaart Jonsonius.

In Amstelveen wordt juist veel door buitenstaanders ingebroken, omdat de stad aan de snelweg ligt. 'Ook Oost-Europeanen komen op de duurdere woningen af; even scoren en wegwezen.'

De politie heeft aangekondigd om 650 extra politiemensen in te zullen zetten tijdens de feestdagen, wanneer er traditioneel vaak wordt ingebroken.