Willem Holleeder heeft niet in zijn regime van beperkingen vanuit de Extra Beveiligde Gevangenis in Vught met de buitenwereld gebeld, anders dan met zijn advocaat. Dat schrijft minister van Justitie Ard van der Steur in antwoord op Kamervragen.

Hij schrijft:

Vanaf het moment dat betrokkene in de EBI verblijft, heeft hij op geen enkele wijze – anderszins dan met zijn advocaat – contact met personen buiten de inrichting gehad, niet via post, telefoon of bezoek. Dit is bevestigd door het Openbaar Ministerie.

De minister reageert met zijn antwoorden op vragen naar aanleiding van een bericht in De Telegraaf van enkele weken geleden.

Geen gevaar

Volgens Van der Steur hebben mensen die belastende verklaringen over Holleeder hebben afgelegd, zoals zijn zussen Astrid en Sonja geen enkel potentieel gevaar of dreiging te duchten gehad. Ook al omdat de toezichtmaatregelen horend bij het EBI-regime strikt zijn nageleefd.

Boterhammen

Het is volgens Van der Steur niet juist dat Holleeder ‘met fluwelen handschoenen’ wordt aangepakt, dat hij bijvoorbeeld weigert de door de EBI geserveerde boterhammen te eten omdat hij die niet lekker vindt. Ook is het niet waar volgens de minister dat de EBI-directie boterhammen bij de bakker buiten de inrichting voor hem liet kopen.

Zie ook:

OM: Holleeder belde niet vanuit EBI

Advocaat: ‘onzinnig’ verhaal over Holleeder (UPDATE)

‘Vriend Holleeder speelde rol in afpersing’