Nederland en Marokko werken aan nieuw uitleveringsverdrag

Nederland en Marokko werken aan een uitleveringsverdrag waardoor gemakkelijker veroordeelde en verdachte personen kunnen worden overgedragen. Dat schrijft minister Dilan Yeşilgöz (Justitie en Veiligheid) aan de Tweede Kamer. De minister zegt dat Nederland en Marokko ‘gewelddadige criminele netwerken’ die wereldwijd opereren in ‘drugs- en wapenhandel’ aan willen pakken, en ook de internationale constructies die de netwerken gebruiken om criminele vermogen wit te wassen.

Niet uitgeleverd

De bedoeling is dat er een nieuw uitleveringsverdrag tussen de landen komt. De bilaterale onderhandelingen tussen beide landen over het nieuwe uitleveringsverdrag starten binnenkort.

In de praktijk worden personen met een Marokkaanse nationaliteit meestal niet uitgeleverd aan Nederland. De vraag is in hoeverre dat met een nieuw verdrag zal veranderen. Wat er in het verdrag zal komen te staan is nog niet bekend. Wel is duidelijk dat door het verdrag het aantal feiten waarop uitlevering tussen beide landen mogelijk is zal worden verbreed. Ook zullen er specifieke afspraken worden gemaakt over procedures.

Afzonderlijk beoordeeld

Beide landen hebben daarnaast een agenda opgesteld, waar het verdrag deel van uitmaakt, over de aanpak van ‘georganiseerde en ondermijnende criminaliteit’. In ieder geval zal blijven gelden dat elk verzoek voor uitlevering afzonderlijk wordt beoordeeld op basis van wettelijke en verdragsrechtelijke kaders, wat betekent dat procedures in Marokko uitlevering zullen kunnen verhinderen.