Het reis-dossier van Demmink

Was toenmalig directeur-generaal van het ministerie van Justitie, Joris Demmink, in Turkije? Advocaat-generaal Gerard Sta zei maandag op een besloten zitting voor het gerechtshof in Arnhem dat hier 'geen bewijs' voor is. Dat is belangrijk omdat er aangiftes tegen Demmink voorliggen, wegens seksueel misbruik, en hij heeft ontkend in de bewuste periode in Turkije te zijn geweest. Volgens de advocaat van de jongens schiet dat Turkse bewijs tekort. Wat zijn de nieuwe feiten?

Door @Wim van de Pol

Sepotbeslissing

Het gerechtshof in Arnhem gaat beslissen of er een redelijk vermoeden van schuld is en of het Openbaar Ministerie een strafrechtelijke vervolging tegen Demmink moet inzetten. Cruciaal in die overweging is een Turkse sepotbeslissing (over een verdenking van seksueel misbruik, dd. 22 april 2013) van een Turkse officier van justitie die stelt: 'Uit de in- en uitreisgegevens uit het onderzoeksdossier is gebleken dat de verdachte Joris [Demmink, red.] op 20/07/1996 Turkije is ingereisd'. Volgens het Nederlandse ministerie van Justitie bleek deze zomer, na navraag in Turkije, dat dit document 'authentiek' is. 

Niet voorhanden

Het Turkse ministerie van Justitie schrijft nu echter in een brief: 'Een dergelijk document [is] niet in het dossier voorhanden'. En ook: 'dat de Officier van Justitie te Istanbul een sepotbeslissing heeft gegeven op basis van de data die aangevers (…) hebben vermeld in hun verklaringen en aangiften.' Daarmee is volgens het Nederlandse Openbaar Ministerie de kous af: Demmink was volgens de sepotbeslissing niet in Turkije.

Pleegdatum

Hoe moeten we deze tegenstelling nu zien? Advocaat Adèle van der Plas die de aangevers bijstaat beziet die brief met groot wantrouwen. 'De officier van justitie maakt in zijn stuk duidelijk onderscheid tussen de gegevens uit het onderzoeksdossier en andere informatie die afkomstig is van de getuigen en aangevers.' In de sepotbeslissing voegt de officier aan de voorgaande tekst over de inreisdata direct toe: '(en) dat volgens de verklaringen van de getuige en klager de pleegdatum juli 1996 is.' (hier is het na te lezen).

Geheim

Van der Plas wil dat Nederland aan Turkije in het kader van een internationaal verdrag over rechtshulp onmiddellijk het onderliggende onderzoeksdossier opvraagt om deze tegenstrijdigheid op te helderen. Ze tekent daarbij aan dat Turkse advocaten van de aangevers dat dossier ondanks herhaalde verzoeken niet hebben mogen inzien, terwijl er wel een wettelijk recht van een advocaat dergelijke dossiers zonder enige beperking te kunnen inzien. En ook dat internationale verdragen dergelijke troebelheid in onderzoeken naar ernstige zedenzaken niet toestaan.

Grensovergangen

De Turken hebben in antwoord op het rechtshulpverzoek nog een tweede document gestuurd, afkomstig van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Daarin staat: '[Na] onderzoek van onze registraties, aan de hand van de identiteitsgegevens ‘Joris DEMMINK’, generlei registratie is aangetroffen van in- en uitreizen door betrokkene in ons land via onze grensovergangen.' Erbij staat vermeld dat niet in de registraties is gezocht met geboortedatum en paspoortnummers. 'Waren die dan niet vermeld in het rechtshulpverzoek?', vraagt Van der Plas zich af.

Diplomatiek paspoort

Uit antwoorden op verzoeken in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur, van Justitie aan ondergetekende, is gebleken dat Joris Demmink vanaf 1993 op een diplomatiek paspoort reisde, en zelfs tot voor kort alleen over een diplomatiek paspoort beschikte, dus zeker in de jaren negentig.

'Misleidend'

Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken regelt bij het inreizen van een hoge ambtenaar met diplomatiek paspoort in Turkije qualitate qua een ontvangst bij het vliegtuig door een medewerker van de Nederlandse ambassade. Daarna kan het gezelschap zonder enige formaliteit of controle de luchthaven verlaten. Dan is het logisch dat de registers van de 'Afdeling Vreemdelingen, Grenzen en Asiel' geen vermelding van Demmink laten zien, vindt advocaat Van der Plas: 'Ik vind dat document misleidend, het zegt niets over de daadwerkelijke bezoeken van Demmink aan Turkije. Het hof wordt een rad voor ogen gedraaid.'

Het Openbaar Ministerie vindt dat Demmink niet moet worden vervolgd. In januari neemt het gerechtshof in Arnhem een besluit.