De rechtbank in Arnhem heeft woensdag het Openbaar Mnisterie (OM) niet-ontvankelijk verklaard in een zaak tegen een 32-jarige man uit Houten die verdacht werd van ontucht met een minderjarige. Volgens de rechtbank zit er een te lange tijdsperiode tussen de aangifte tegen en de aanhouding van de verdachte.

De 32-jarige verdachte uit Houten werd verdacht van ontuchtelijke handelingen met een kind van jonger dan zestien jaar in de periode van 1 juni 2009 tot en met 1 augustus 2009. In september 2009 werd er aangifte gedaan tegen de man en het slachtoffer werd ongeveer een maand later voor het eerst gehoord.

Vervolgens heeft het OM de verdachte vrij rond laten lopen en hem pas op 15 november 2011 aangehouden en voor het eerst verhoord. Het OM gaf naar eigen zeggen de prioriteit aan grotere zaken. De verdediging stelt dat er daarom te veel tijd was verstreken om zich van een goed alibi te voorzien. Tevens heeft de politie fouten gemaakt bij het maken van kopieën van gegevensbestanden op de computer van het slachtoffer.

Mede daarom heeft de verdediging zich ook niet kunnen verweren door middel van een tegenonderzoek. Dat heeft geleid tot niet-ontvankelijkheid van het OM.