Passage-verdachte V. overleden

‘Dinsdag 29 januari zullen 11 Passageverdachten, waarvan de elfde persoon kroongetuige Peter La S. is, eindelijk hun vonnis horen. We zouden bijna vergeten dat het liquidatieproces aanvankelijk begon met 11 verdachten. Eén verdachte was (nog) afwezig (Soerel), en werd pas later ingevoegd. Dat schrijft Bondtehond.

‘De twaalfde verdachte, Raymond V. uit Den Haag, die tijdens het proces bekende twee Joegoslaven, de 21-jarige Salim Hadziselimovic en de 19-jarige Djordje Ilic, bij de Ouderkerkerplas in z’n eentje te hebben doodgeschoten, blijkt kort voor of tijdens het zomerreces te zijn overleden. Dit heb ik afgelopen week vernomen uit een zeer betrouwbare bron nabij Justitie. V. is 45 geworden.

Halverwege het Passageproces, op 9 april 2009, werd Raymond ontslagen van rechtsvervolging en vrijgelaten. De verdachte bleek de zittingen al in 2008 en begin 2009 niet goed meer te kunnen volgen vanwege de aftakelingsverschijnselen ten gevolge van de progressieve spierziekte waaraan V. leed, de ‘ziekte van Huntington’ genaamd. Reeds meerdere familieleden, waaronder de vader van V. zijn vroeger gestorven aan deze erfelijke aandoening. De ziekte van Huntington komt neer op een aftakelingsproces, waardoor de hersencapaciteit sterk afneemt en de controle over spierbewegingen verdwijnt. Daardoor zou V. onder meer de tegen hem uitgebrachte aanklacht niet meer hebben kunnen begrijpen.

V. had volgens een deskundige nog vijf tot tien jaar te leven. Zijn raadsman Mr. Daniël Fontein bepleitte daarom de beëindiging van het voorarrest van V., omdat volgens hem de zorg in het penitentiair ziekenhuis in Scheveningen tekort schoot. De raadsman toonde in de rechtszaal een video om de ernst van de ziekte te illustreren. De beelden waren gemaakt in een verpleeghuis waar lijders aan de ziekte verblijven. Uit de beelden bleek volgens Mr. Fontein dat Raymond V. bijzondere zorg behoefde, die hem in het penitentiair ziekenhuis werd onthouden. Volgens de advocaat had V. daar wel recht op. Mr. Fontein beriep zich op het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens, dat ‘een vernederende behandeling’ van gedetineerden verbiedt en hun het recht geeft op een zelfde niveau van verzorging als andere burgers toekomt. De moeder van V. was bereid en in staat haar zoon thuis te verplegen, zoals zij dat eerder met V.’s vader deed. De rechtbank besloot het verzoek van Fontein te honoreren. V. mocht naar huis om door zijn moeder verder verpleegd te worden.

(…)’

Lees verder Bondtehond.