Hof: De Vries mag Koos H. niet uitzenden

Ook in hoger beroep heeft de rechter geoordeeld dat Peter de Vries beelden van gesprekken met de seriemoordenaar Koos H. niet mocht uitzenden. De Vries deed onderzoek naar de dubieuze relatie tussen Koos H. en een rechter in Den Haag. Hij smokkelde verborgen opnameapparatuur de tbs-kliniek van Koos H. binnen. Een oude jeugdvriend van H. voerde de gesprekken. De Vries wilde de gesprekken uitsmeren over drie uitzendingen maar na de eerste verbood de kort geding-rechter de uitzending van de tweede en derde op straffe van en dwangsom van 15.000 euro.

Maar ondanks dat verbod is in een tweede uitzending toch een deel van de gesprekken met Koos H. uitgezonden. In een direct daaropvolgend kort geding heeft de voorzieningenrechter de dwangsom verhoogd naar 500.000 euro.

Koos H. vindt dat zijn privacy door de uitzendingen wordt geschonden.

In het tegen de beide vonnissen ingestelde hoger beroep heeft het gerechtshof het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer van Koos H. als belangrijker afgewogen dan het recht op vrije meningsuiting, lees de persvrijheid, van Peter de Vries. Het maatschappelijke belang dat gediend is bij uitzending was niet hoog genoeg.

Maar, het hof vindt dat mogelijk uitzondering moet worden gemaakt voor uitzending van de opnames die expliciet op de Haagse rechter betrekking hebben omdat dit mogelijk een ernstige maatschappelijke misstand betreft. Omdat het hof niet beschikt over die beelden kan het hof daarover geen uitsluitsel geven.

De uitzending daarvan heeft inmiddels met inzet van een acteur plaatsgevonden. Of de originele beelden en geluid alsnog mogen worden uitgezonden kon door het hof niet worden beoordeeld omdat het niet over de desbetreffende originele opname beschikt.

Hier is de uitspraak.