Het Openbaar Ministerie in Breda heeft donderdag twee jaar geëist tegen drie leden van Satudarah. De verdachten zouden twee mannen in Rijsbergen in elkaar hebben geslagen. Een van de slachtoffers werd ook gestoken met een mes.

Eigenlijk zouden er vier leden van de motorclub terecht staan, maar een van de verdachten is verdwenen. Toen de dagvaarding werd bezorgd, bleek de woning van de man uitgebrand. Justitie heeft geen idee waar de verdachte uithangt.

De drie leden van de motorclub hadden een geschil met de slachtoffers over geld. De twee mannen zouden door de verdachten zijn gedwongen om in de auto van de leden van Satudarah te stappen. Op een andere plek werden ze uit het voertuig getrokken en met een zaklamp zijn geslagen.

Een van de slachtoffers werd ook neergestoken, maar omdat niet duidelijk is wie dat heeft gedaan, kan justitie poging tot moord niet bewijzen. Een observatieteam van de politie was getuige van de mishandeling, maar kon niemand herkennen. Wel zagen ze kleding met daarop het logo van Satudarah.

De vier worden ook verdacht van bedreiging van twee portiers in Breda. De portier trok zijn verklaring echter in, waardoor er niet genoeg bewijs is om de zaak rond te krijgen. De portier wordt verdacht van meineed.

Maandag en dinsdag staan acht andere leden van Satudarah terecht voor onder meer bedreiging. Op 26 juni staat de sluiting van het onderzoek gepland, twee weken later volgt de uitspraak.