Het undercovertraject en de gouden toekomst (COLUMN)

In maart 2011 wordt mijn cliënt op verdenking van moord op zijn vriendin Heidy Goedhart, gepleegd in december 2010, opgepakt. Vanaf zijn aanhouding houdt hij vol dat hij onschuldig is en dat hij met een moord niets te maken heeft. 

Door Arthur van der Biezen

Hij verklaart dat hij op de bewuste avond eerder van een feestje naar huis was gegaan om de kinderoppas af te lossen. Toen hij net op bed lag, hoorde hij gestommel en ging naar beneden om te kijken of zijn kinderen wakker waren geworden. Toen bleek dat het gestommel niet van hen kwam, ging hij verder naar beneden waar hij zag dat een inbreker alle kastjes had doorzocht. Tot zijn grote schrik zag hij vervolgens dat zijn vrouw bloedend in de tuin lag. Hij aarzelde geen moment en belde met zijn mobiel 112 om een ambulance te regelen. Na aankomst bleek de hulp echter te laat te zijn. In het voorgeleidingsdossier worden alle omstandigheden van de zaak als ‘verdacht’ betiteld en wordt gesteld dat alles een opzetje van cliënt zou zijn geweest om een moord te verdoezelen. Ondanks zijn hardnekkige ontkenningen blijft hij vastzitten.

Eerste schorsing

Op 10 juni 2011 vindt de rechtbank het echter welletjes en schorsing de voorlopige hechtenis van cliënt en laat hem vrij. Na uitgebreid tactisch en technisch onderzoek is er richting cliënt niets extra’s gevonden, zodat ook de rechter kennelijk is gaan twijfelen.

De officier van justitie legt zich niet neer bij deze vrijlating een vraagt om de inzet van een “undercover-team” om de schuld van cliënt te kunnen bewijzen. In het bevel ‘aanvraag stelselmatige informatie inwinning’ valt het volgende te lezen:

Aangezien de tot dusver verrichte opsporingshandelingen in combinatie met de forensische bevindingen onvoldoende hebben geleid tot opheldering van het onderhavige misdrijf (…) is besloten het opsporingsonderzoek voort te zetten.

Marbella

En dan begint er op cliënt een zeer vergaand undercovertraject te lopen, waarin hem een ‘gouden toekomst’ wordt voorgespiegeld met véél geld en een goede baan. Een baan waarin hij met VIP’s kon werken en in dure auto’s kon rijden. Een baan met verre reizen en mooie vrouwen. Alles zag er fantastisch uit en de toekomst kon niet meer stuk. Hij was inmiddels wel bij z’n “echte baan” ontslagen (met hulp van de politie?) en kon inmiddels géén kant meer op.

Maar dan ineens dreigde hij in een luxe villa in Marbella ontslagen te worden als hij niet zou vertellen hoe hij zijn ex had vermoord. Zijn (nep)werkgever was immers op de hoogte van alles, omdat hij goede kanalen had. Hem werd medegedeeld dat een bekentenis voor hen niets zou uitmaken, omdat immers ook andere personeelsleden een leven op hun geweten hadden. Eerlijkheid stond voorop en het regelen van een alibi was géén probleem. Als hij zou vertellen, dan zou hij niet ontslagen worden en zou alles kunnen doorgaan.

De daarop volgende, grotendeels verzonnen, bekentenis, zorgt er vervolgens voor dat cliënt, na een schorsing van ruim drie jaar, direct weer werd opgesloten.

Tweede schorsing

De onder dubieuze omstandigheden uitgelokte verklaring wordt door deskundige Ton Derksen inmiddels betiteld als ‘ontoelaatbaar’ en ‘onbruikbaar voor bewijs’. Na meerdere schorsingsverzoeken, gebaseerd op het door de verdediging in het geding gebrachte deskundigenrapport, is de voorlopige hechtenis inmiddels voor de tweede maal geschorst. Ditmaal vanwege privéomstandigheden.

De inhoudelijke zitting volgt eind maart of begin april. Het wordt spannend…

Arthur van der Biezen is strafadvocaat in Den Bosch