Veroordelingen in drugszaak Flamenco met Encrochat als bewijs

De rechtbank Rotterdam heeft vrijdagmiddag aan tien verdachten gevangenisstraffen opgelegd die variëren van 10 jaar tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van een jaar, en een taakstraf. In de strafzaak Flamenco stonden in totaal 13 verdachten terecht. Berichten via accounts op berichtenserver Encrochat zijn toegelaten als bewijsmiddel.

door Joost van der Wegen

Veroordeeld

De strafzaak gaat over een onderzoek naar een criminele organisatie die zich in de loop van 2020 bezig hield met de invoer van grote(re) partijen cocaïne uit Zuid-Amerika. De hoofdverdachte in de zaak, Erol A., is voortvluchtig. Hij en anderen worden verdacht van smokkel van in ieder geval 4.000 kilo cocaïne. Erol A. kreeg vandaag tien jaar gevangenisstraf opgelegd.
Zeven verdachten zijn veroordeeld voor de deelname aan die criminele organisatie. Dit meldt de rechtbank Rotterdam vrijdagmiddag. Een aantal verdachten is verder veroordeeld voor betrokkenheid bij een of meer van deze drugstransporten en witwassen. Daarnaast is een aantal verdachten ook veroordeeld voor het omkopen van twee beveiligingsmedewerkers van Securitas, die werkzaam waren in de haven.
De verdachten hoorden in maart van dit jaar al hoge straffen tegen zich geëist door het Openbaar Ministerie (OM).

Vrijgesproken

Drie verdachten zijn vrijgesproken vanwege onvoldoende bewijs voor hun betrokkenheid bij de feiten op hun dagvaarding.
Bij een verdachte kon niet worden bewezen dat een bepaald Encrochat-account uitsluitend door hem werd gebruikt ten tijde van de ten laste gelegde feiten.
Van een andere verdachte kon niet worden bewezen dat hij de contacten had gehad met betrekking tot het gebruik van een garage als locatie voor een tijdelijke opslag en vervoer van 2013 kilo cocaïne. Deze hoeveelheid cocaïne was in beslag genomen voordat deze de haven kon worden uit gesmokkeld.
Bij de derde vrijgesproken verdachte staat niet vast dat hij betrokken was bij de hem verweten uithaal van cocaïne. Aldus de rechtbank vandaag.
Aan de meeste verdachten zijn onvoorwaardelijke gevangenisstraffen opgelegd die variëren van 3 tot 10 jaar. Aan een verdachte is een voorwaardelijke  gevangenisstraf opgelegd van een jaar, naast de maximale taakstraf van 240 uur.

Encrochat

In deze strafzaak is gebruik gemaakt van telecommunicatiegegevens die eerder waren verkregen in het strafrechtelijk onderzoek tegen Encrochat, meldt de rechtbank in Rotterdam. Die zijn als bewijsmiddel toegelaten: ‘De rechtbank heeft alle verweren verworpen ten aanzien van de rechtmatigheid van de wijze van verkrijging van deze gegevens. De rechtbank heeft op basis van de inhoud van de gesprekken bewezen geacht dat een aantal verdachten daadwerkelijk de gebruikers waren van een of meer Encrochat-accounts die door de politie aan hen waren toegeschreven.’
De rechtbank vindt ook dat de bewijsmiddelen die uit de politiehack van Encrochat, in samenwerking met onder meer de Franse overheid, rechtmatig zijn. Dus gebruikt konden worden in deze rechtszaak.
De rechtbank in Rotterdam schorste in april vorig jaar de voorlopige hechtenis van de meeste verdachten in de grote cocaïnezaak tot aan de inhoudelijke behandeling. De reden was dat de rechtbank vond dat het te lang duurde voordat de inhoudelijke behandeling kon beginnen.
Lees hier het vonnis van de rechtbank, in de zaak van de hoofdverdachte, Erol A. Hierin geeft de rechtbank nog aan dat meegewogen is in de straf dat de criminele groep geen geweld heeft gebruikt tijdens haar activiteiten.