Wie gaf opdracht voor de liquidatie op Macionis?

Aan de liquidatie van Gitas Macionis, die in februari 2014 om het leven werd gebracht, ging een heftige ruzie vooraf tussen Macionis en zijn voormalige zakenpartner Miloud B. De twee zouden zulke ruzie hebben gehad, dat Macionis een peilzender onder de auto van B. liet aanbrengen. ‘De vraag was wie het eerst zou gaan’, stelt een bron van BN/DeStem die het dossier goed kent. Maar was hij wel echt de opdrachtgever?

Gitas Macionis en Miloud B. zitten jarenlang samen in de wiethandel. Macionis komt regelmatig over de vloer van de growshop van B. Hij levert wiet aan B., die het weer doorverkoopt. Het conflict ontstaat toen Macionis er achter kwam dat B. zijn wiet veel duurder doorverkocht dan hij vertelde. Macionis eist daarom zeker een half miljoen van zijn zakenpartner.

Conflict naar het kookpunt

Macionis laat op een gegeven moment peilzenders onder de auto van B. aanbrengen, waardoor hij precies kon zien waar B. zich ophoudt. Hij ziet onder meer dat hij op een avond langs zijn woning in Huijbergen rijdt. Zijn vrouw en kind zijn op dat moment alleen thuis. Volgens het Openbaar Ministerie zijn er aanwijzingen dat B. die avond de omgeving heeft verkend in de voorbereiding in de moord op Macionis.

De Huijbergenaar rijdt op zijn beurt in december 2013 de auto van B. klem. Hij neemt hem mee naar een kelder waar zijn rivaal zwaar wordt mishandeld. En er zijn meer zaken die B. dwarszitten: hij wordt bestolen van een partij wiet, bij zijn ouders en bij een vriendin wordt ingebroken en de auto van zijn ouders wordt gestolen. Volgens B. is dat allemaal het werk van Macionis.

B. verstopt in verborgen ruimte

B. is zo bang dat hij naar Amsterdam verhuist. Maar hij geeft niet toe, betalen doet hij niet. Volgens het Openbaar Ministerie schakelt hij wel een groepje criminelen uit de Balkan in om Macionis te liquideren.

Het OM ziet B. als een grote crimineel. Hij zou aan het hoofd staan van een organisatie die wekelijks vanuit de omgeving van Bergen op Zoom tientallen, soms honderden kilo’s wiet naar voornamelijk België exporteerde.

In 2011 wordt B. aangehouden bij een inval in zijn growshop. De recherche krijgt een tip dat er wiet wordt verwerkt in de loods, en zoekt zes uur lang maar kan niets vinden. Tot ze als wanhoopspoging in de stalen wanden boren. Plots hoort de recherche iemand ‘Stop, stop’ roepen. Het is B., die zich met een tas met zo’n 100 kilo wiet heeft verstopt achter een dubbele wand. Hij kan die met een afstandsbediening en hydraulisch mechanisme openen en sluiten.

Drugsvete

Volgens het OM duidt de constructie ‘op zeer professionele handel waarbij de georganiseerde misdaad betrokken moet zijn’. Hij werd veroordeeld tot twee jaar cel en een boete van 200.000 euro. Als B. zijn straf uitzit, wordt zijn growshop in brand gestoken. Volgens het OM gaat het om ‘een drugsvete in de Brabantse onderwereld’.

Justitie stelt dat B. en zijn afnemers belang hebben bij een rustige handel. Een conflict met een lastige zakenpartner kan daarbij niet worden gebruikt. Maar de rechtbank vindt het bewijs tegen B. zo zwak dat hij niet meer voor de moord mag worden vastgehouden. Hij zit nog wel in de cel op verdenking van drugshandel.

Wie is ‘Victor’?

Uit het dossier blijkt volgens BN/DeStem dat er nog een andere optie is. Eén van de uitvoerders heeft uitgebreid verklaard over de liquidatie. Hij noemt ‘Victor’ als opdrachtgever. Het zou een ‘grijze, kalende man met dure horloges en een Porsche Panamera’ zijn. Deze Victor zou de uitvoerder een dag na de moord 50.000 euro in contanten en 6 kilo amfetamine hebben gegeven in een café in Antwerpen.

Het OM kan deze Victor echter niet vinden. Het is onduidelijk of hij een band heeft met B., als hij al bestaat. Verder zijn er nauwelijks betrokkenen die durven te praten.