De Spaanse politie heeft woensdag in een rivier in Madrid de resten aangetroffen van de Servische crimineel Milan Juriši? (foto), die voortvluchtig is sinds de liquidatie van de Servische premier Zoran Dzjindjic in 2003. Jurisic is bij verstek veroordeeld tot 30 jaar voor medeplegen van die moord. Het lichaam was in honderden stukjes vermalen in een gehaktmolen. De politie deed de ontdekking op grond van een brief die is gevonden in het appartement van de onlangs in Spanje aangehouden Luka Bojovic.

Jurisic wordt gerekend tot de Zemun-clan, die de liquidatie van de Servsiche premier uitdacht en uitvoerde, net als Luka Bojovic (foto links). In de brief, in het Servisch, die bij Bojovic is gevonden staat volgens de Spaanse krant El Pais dat Bojovic en Jurisic ruzie hebben gekregen over een vrouw. De schrijver vertelt in de brief over hoe Jurisic aan zijn einde is gekomen en hoe zijn lichaam werd ‘vermalen in een machine’ en dat de resten werden gedumpt in een rivier.

In de brief zou ook staan vermeld dat sommige lichaamsdelen van Jurisic (foto links) zijn opgegeten.

Het schoonmaken van het appartement waar de moord plaatsvond zou ‘vijf dagen’ hebben geduurd.

De Servische nieuwszender B92 schrijft dat de gevangen Zemun-geweldsman Sretko Kalini? (bijnaam Het Beest) de moord inmiddels zou hebben bekend.

Kroatische kranten hebben ten tijde van de arrestatie van Kalini?, in 2010, geschreven dat deze zou hebben verteld dat Jurisic in stukken zou zijn gehakt. Hij zou ook de moord op Ninoslav Konstantinovi? hebben bekend, die zou zijn begraven ergens langs de snelweg Belgrado-Zagreb.

Interpol zoekt nog steeds naar deze Konstantinovi in verband met de moord op Dzjindjic.

Dna-onderzoek moet nog zekerheid verschaffen of het slachtoffer in de rivier inderdaad Jurisic is.

Spaanse media schrijven dat inmiddels een gehaktmolen in beslag is genomen, waarmee Jurisic zou zijn vermalen.