Een mogelijke handlanger van de Oekraïense kunstrovers die 24 schilderijen uit het Westfries Museum roofden, zit waarschijnlijk in Nederland. De roofkunstjagers Arthur Brand en Alex Omhoff zijn de handlanger op het spoor, en hebben de politie getipt.
De man, een Oekraïener, zou al langer in Nederland wonen. Hij zou de schilderijen bij verschillende personen hebben aangeboden, schrijft De Telegraaf.
Dieven lieten zich insluiten
De kunstwerken werden in 2005 uit het museum in Hoorn gestolen. De dieven hadden zich in die nacht laten opsluiten in het gebouw, en toen het beveiligingssysteem uitgeschakeld. Ze haalden werken van onder meer Jan van Goyen uit 1632 en Hendrik Bogaert (uit 1671-1675) weg. Ook werd zilverwerk gestolen. Destijds werd de waarde van de buit in totaal op zo’n 10 miljoen euro geschat.
Vorig jaar werden de werken aangeboden aan de Nederlandse ambassade in Kiev. Dat gebeurde door de toenmalige leider van een nazistische gevechtsmilitie. Er zouden allerlei hooggeplaatste personen bij de Oekraïense overheid te maken hebben met de verkoop van de kunstschatten.
Geheime dienst handelt in schilderijen
Mogelijk heeft Vladimir Polubatko, de eigenaar van voetbalclub FC Stal Alchevsk, opdracht gegeven voor de kunstroof. De politie heeft de schilderijen in beslag genomen, en zou daarna zelf zijn gaan handelen in de werken.
Volgens De Telegraaf hebben de afgelopen dagen corrupte agenten van de geheime dienst in samenwerking met de nazistische militie geprobeerd de werken opnieuw te verkopen.