15 jaar cel voor doodslag op Roudile Paquay

Een 27-jarige man is door de rechtbank in Amsterdam veroordeeld tot 15 jaar celstraf voor het doodschieten van de 29-jarige Roudile Paquay, op 14 februari 2021 op het Van Limburg Stirumplein in Amsterdam-West. Hij is schuldig aan doodslag en aan een poging tot doodslag op een 35-jarige man, en ook veroordeeld voor verboden vuurwapenbezit.

Conflict

De achtergrond van het schietincident was een hoogoplopend conflict tussen een man en zijn ex-vriendin. Op de bewuste avond had die man Paquay en het andere slachtoffer meegevraagd om hem tijdens een ontmoeting te ondersteunen. Bij die ontmoeting was naast de nieuwe partner van de ex-vriendin ook een vriend van hem aanwezig. Die laatste begon bij de ontmoeting vrijwel direct te schieten. Paquay werd door een kogel in zijn borst geraakt en overleed ter plekke. Zijn 35-jarige vriend raakte ernstig gewond toen hij in zijn been werd getroffen. De derde man kon op tijd vluchten.

Geen putatief noodweer

De verdachte heeft bekend te hebben geschoten. Volgens hem deed hij dat uit schrik en had het idee dat hij zich moest verdedigen omdat hij dacht dat de bestuurder van de auto, maar ook het latere dodelijke slachtoffer een wapen pakte toen die uit de auto stapte.

De rechtbank vindt deze verklaring niet aannemelijk: er is in het onderzoek geen wapen aangetroffen en de verdachte kon vanaf de plek waar hij stond ook helemaal niet zien of de bestuurder van de auto inderdaad een wapen pakte. Dat de man zich na het schietincident een half jaar in Suriname verscholen hield en pas na nog eens een half jaar na zijn aanhouding verklaarde dat hij dacht dat er een noodweersituatie was, draagt ook niet bij aan de geloofwaardigheid van zijn verhaal, vindt de rechtbank.

Geen moord

Tegelijkertijd oordeelt de rechtbank dat er geen aanwijzingen zijn dat de man vooraf van plan was iemand dood te schieten. Hij wordt dan ook niet veroordeeld voor (poging tot) moord.

De officier van justitie had de maximaal mogelijke 20 jaar cel geëist. In het vonnis zegt de rechtbank voor de strafmaat te hebben gekeken naar andere uitspraken. Gemiddeld wordt voor doodslag tussen de 8 en 12 jaar gevangenisstraf opgelegd. De rechtbank ziet reden om in deze zaak de bovengrens van dit gemiddelde als uitgangspunt te nemen en dit te verhogen met de poging doodslag.

Naast de opgelegde 15 jaar celstraf moet de verdachte onder andere de vriendin van de 29-jarige man ruim 140.000 euro schadevergoeding betalen. Het 35-jarige slachtoffer moet hij 7.000 euro betalen.