Criminele organisatie in winkeldiefstallen

Een groep Roemeense verdachten die op grote schaal winkeldiefstallen pleegde zit al een half jaar vast en moet van de rechtbank in Den Haag nog in ieder geval tot 22 januari 2015 in hechtenis blijven. Het Openbaar Ministerie spreekt van grootschalig ‘mobiel banditisme’.

Uniek

Het is vrij uniek dat winkeldieven zo lang vastzitten. Een van de oorzaken is dat de rechtbank aanwijzingen ziet dat de groep heeft geoperereerd als een criminele organisatie. Wie als first offender een winkeldiefstal pleegt kan na aanhouding vaak met een boete het politiebureau verlaten. De Roemenen die nu nog vast zitten worden verdacht van diefstal, heling en deelname aan een criminele organisatie.

20.000 euro

Buurtbewoners tipten de politie omdat zij vele mannen en vrouwen elke dag met tassen vol spullen een woning aan de Delftselaan in Den Haag zagen binnenlopen. In april viel de politie binnen in het pand en trof voor zeker 20.000 euro aan gestolen goederen aan in de woning. Er was veel parfum en kleding, waar soms de alarmlabels nog aanzaten. De elf Roemenen die in de woning waren, werden aangehouden. De meesten zit nu nog steeds vast. De rechtbank in Den Haag besloot op maandag 27 oktober dat de acht verdachten in ieder geval tot de volgende pro forma-zitting op 22 januari nog moeten blijven vastzitten.

Tassen

Het Openbaar Mnisterie spreekt van ‘mobiel banditisme’. Dat is een term voor rondtrekkende bendes die zich kort vestigen in een stad om hun slag te slaan met vormen van diefstal te plegen. Het vermoeden is dat dit soort dieven de spullen elders weer verkopen. De leden plegen doorgaans in verschillende samenstellingen winkeldiefstallen met geprepareerde tassen. Als ze gepakt worden, ontkennen ze altijd dat ze elkaar kennen. Hun verhaal is dan dat ze elkaar net hebben ontmoet in een internetcafé en een plek kregen aangeboden om bij de ander te slapen. Daders zijn meestal van Oost-Europese afkomst. In Nederland houden ze zich bezig met autodiefstallen, autoinbraken, autokraken, winkelcriminaliteit en ramkraken.

Telefoons

Voor de politie is de uitdaging te bewijzen dat deze groepjes toch als criminele organisatie opereren. Zaaksofficier van justitie Petra Willemse: ‘We stellen dit vast op basis van telefoongegevens, vaak hebben ze elkaars nummers en valt uit de telefoon op te maken dat ze al langere tijd contact hebben. Ook reizen ze vaak met de trein, zwart weliswaar maar bij controles moeten ze hun identiteit opgeven en zo kunnen we ook vaak zien wanneer welke verdachte met wie reisde. Wanneer er op diezelfde dag ook nog eens een winkeldiefstal is gepleegd in bijvoorbeeld Veenendaal en uit hun telefoongegevens is vast komen te staan dat ze beiden die dag in Veenendaal waren, dan kunnen we daarmee de samenwerking hard maken.’

ECRIS

De politie onderzoekt ook of een gepakte buitenlandse verdachte al in andere Europese landen in het ‘European Criminal Records Information System’ (ECRIS) voorkomt. Indien blijkt dat de verdachte elders bekend is, omdat hij bijvoorbeeld een winkeldiefstal heeft gepleegd, dan maakt dit een zaak bij de rechtbank sterker en is de kans ook groter dat een verdachte langer vast blijft zitten.

Prioriteit

Omdat deze vorm van criminaliteit de samenleving miljoenen euro’s kost krijgt de aanpak van deze groepen prioriteit van het Openbaar Ministerie. Willemse: ‘We richten ons met name ook op de facilitators: oftewel de mensen die bijvoorbeeld de reis naar Nederland betalen, een slaapplek verzorgen en aangeven waar de dieven hun slag moeten slaan. Dat zijn vaak personen die werken en wonen in Nederland.’

De zaak tegen de Roemenen komt in de week van 30 maart 2015 voor de rechter.