AIVD hoeft tapgegegevens niet te publiceren

De Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) is niet verplicht om bekend te maken hoeveel telefoon- en internettaps de dienst per jaar laat uitvoeren. Dat heeft de rechtbank in Den Haag donderdag besloten.

11 procent meer

De Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CTIVD) wilde het aantal onlangs bekendmaken in een rapport over de AIVD en MIVD. Daarop liet  minister Plasterk van Binnenlandse Zaken deze gegevens uit de openbare versie van het rapport verwijderen. De CTIVD maakte bekend dat er van september 2012 tot en met augustus 2013 in totaal 11 procent meer is getapt dan een jaar eerder. De absolute aantallen zijn dus niet bekend. Slechts de ‘Commissie Stiekem’, dat zijn de fractievoorzitters van de partijen in de Tweede Kamer, mochten de cijfers over aantal AIVD-taps inzien. De rechtbank bevestigt nu het besluit van Plasterk.

Inzicht

De zaak was aangespannen door het tv-programma KRO Reporter. De rechtbank is van mening dat als het aantal taps over meerdere jaren publiek wordt dit in combinatie met andere informatie, bijvoorbeeld over technologische veranderingen of actuele dreigingen, inzicht kan geven in de werkwijze van de AIVD, zo stelt de rechtbank.

Bezwaarprocedure

De rechtbank stelt wel dat ‘een ontwikkeling gaande is’ die ertoe kan leiden dat de AIVD in de toekomst mogelijk meer transparantie zal moeten gaan bieden. Nu is de dienst daartoe niet verplicht, ook al omdat de Tweede Kamer wel inzicht krijgt. Privacy-waakhond Bits of Freedom (BoF) heeft ook bij de AIVD tapstatstieken opgevraagd. BoF doorloopt nu een bezwaarprocedure bij de dienst zelf die eveneens kan eindigen bij de rechter. BoF wijst erop dat geheime diensten in België en Duitsland wel statistieken over aftappen bekendmaken.