Bethlehem moest dood om de hasj

Drie of vier mannen op een voorjaarsavond in een loods onder rook van Utrecht. Peter la S. zegt heden ten dage niets meer over die avond in 2002 te weten: ‘ik was er niet bij’. Richard Ebeli is inmiddels doodgeschoten in Venezuela. Jesse R. was erbij, zegt hij zelf. Hij heeft eind vorig jaar op de zitting zijn versie gegeven. De oorzaken die hebben geleid tot de dood van Betlehem schuilen in cynische touwtrekkerij over schulden en hasj. Daar overlapt het verhaal van Jesse R. met het onderzoek van de politie naar de moord op Bethlehem. Tenminste, met de paar details die daarover bekend zijn.

 

Volgens drie getuigen hebben La S. en Ebeli elkaar in 2000 in Spanje leren kennen, iets dat La S. overigens bestrijdt. Gerrie Betlehem introduceert in Spanje een ‘groepje mensen’ aan Ebeli, La S. en een paar Engelsen.

R. karakteriseert dat groepje achteraf als: ‘oncorrecte mensen’.

Dat laatste kan je wel zeggen, want deze mensen laten een geldbedrag – bedoeld om handel voor in te kopen – verdwijnen, evenals een partij hasj die door de Nederlanders wordt overgedragen om naar het noorden te vervoeren.

Probleem.

Richard Ebeli had de deal geregeld, hij is verantwoordelijk. Ebeli biedt aan zich ergens in Spanje aan een verwarmingsbuis te laten ketenen en de Engelsen terug te betalen. Dat afbetalen gebeurt deels met een gezamelijke voorraad hasj van Ebeli en La S.

Maar als dat zaakje geregeld is denkt Ebeli toch ook aan Bethlehem. Hij was het die de onbetrouwbare en ‘oncorrecte’ groep op zijn dak had gestuurd. Had Bethlelem niet toch een deel van het ingepikte geld en de hasj in zijn zak zitten?   

Wantrouwen.

Dat begrijpt Bethlehem ook wel en die komt met een voorstel om het in orde te maken. Hij neemt het risico om op krediet een partij hasj te kopen in Spanje en vanuit Nederland in transportjes naar Engeland te brengen. Ebeli verkoopt het daar en iedere keer als een Engels transport slaagt, betaalt Bethlehem af met zijn aandeel.

Richard Ebeli gaat accoord.

Maar.

Ebeli had nog een eigen plan-B., zegt Jesse R. In de visie van Ebeli zou dat stukje bij beetje afbetalen door Bethlehem ‘veels te lang duren’.

Het was volgens Ebeli beter de gehele partij in beslag te nemen en te verkopen en de op krediet gekochte handel verder niet meer te betalen. Gerrie Bethlehem droeg het risico tenslotte. Daarom moest Bethlehem dan nog wel doodgemaakt; geen gijzeling dus maar een geplande liquidatie.

La S. heeft ooit gezegd dat naar zijn weten de dood van Bethlehem part of the deal zou zijn. Dat stemt mooi overeen.

Jesse R. zegt dat hij tijdens de gijzeling van Bethlehem in de loods was om te bemiddelen met Spaanse contacten bij het telefonisch overdragen van auto’s of vastgoed van Bethlehem in Spanje. Vriendendienst, hij wilde de gijzeling ‘vredig’ laten zijn. Hij zegt dat afgesproken was dat er geen pistolen in de loods zouden zijn.

R. zegt dat zowel Ebeli als La S. toch pistolen hadden. En dat Bethlehem zich losrukte en wegrende en twee kogels kreeg, daarna nog ‘jammerde’ en er nog één kreeg, van Peter la S.  

Ebeli kan het niet meer navertellen. Hier staat het woord van Jesse tegen het woord van Peter.

Uit het politiedossier naar de Bethlehem-moord moet op te maken zijn wie van de twee liegt. De rechtbank moet volgende week besluiten of zij deze doos van Pandora open wil doen.

Het stoffelijk overschot in het kanaal.

Wie vermoordde Gerrie Bethelem?

De gijzeling van Betlehem (volgens Jesse R.)

Jesse R: ‘fatale schot kwam van Peter’