Lockdown tast cocaïne-stroom naar Nederland niet aan
De belemmeringen door de wereldwijde overheidsmaatregelen om het corona-virus te bestrijden raken de omvang van grootschalige handel in cocaïne niet. Dat is de conclusie van een groep onderzoeksjournalisten van het OCCRP. Het is een conclusie die lijkt te worden gestaafd door het grote aantal vangsten dat in West-Europa de laatste maanden is gedaan. De corona-crisis heeft wel een opvallend gevolg: de groothandelsprijs in aanvoerlanden als Nederland is gedaald.
Door Wim van de Pol
In Europa komt verreweg de meeste cocaïne binnen in Spanje, België en Nederland, vooral in de containerhavens. In de maanden april en mei werd er tot nu in Nederland ruim 9,4 ton gepakt en in België ruim 9 ton.
Ter vergelijking: in heel 2019 werd er in Rotterdam gemiddeld per twee maanden ruim 6,3 ton gepakt en in Antwerpen ruim 10 ton. Qua gewicht lijkt het aantal inbeslagnames hetzelfde, of zelfs meer, dan in 2019 te zijn. In Spanje is de laatste maanden zeker zeer veel cocaïne meer in beslag genomen dan normaal. Deskundigen hechten overigens meer waarde aan het aantal vangsten dan aan het gewicht, als indicator voor het schatten van de omvang van een stroom drugs.
De cocaïne producerende landen zijn Colombia, Peru en Bolivia. Tussen de 65 en 70% van de cocaïne die naar Europa gaat is volgens de VN in Colombia geproduceerd. Aan de grote stroom cocaïne die naar Europa gaat veranderde het corona-virus tot nu toe niets. Er is in de bronlanden, net als de laatste jaren, veel cocaïne te koop voor een relatief lage prijs.
Cocaïnepasta
Op sommige plaatsen in de bronlanden is het door de quarantainemaatregelen in het algemeen wat moeilijker geworden illegale handel te verplaatsen, maar dat geldt niet voor alle landen en niet voor alle sectoren. In Peru legden de maatregelen volgens bronnen van de OCCRP bijvoorbeeld het transport van cocaïnepasta naar de laboratoriums (voor het produceren van de poeder) aan banden. Anderzijds zijn bijvoorbeeld de controles op illegale productie van cocablaadjes in Bolivia nu minder intensief. In Colombia ontsnapt de export van bananen geheel aan beperkende maatregelen. En tussen de bananen reizen altijd veel cocaïneblokken mee naar Europa.
Het gebied van de bananenplantages, in het noordwesten van Colombia, is toevallig of niet, ook een zone waar krachtige criminele organisaties opereren.
Voorraadvorming
Kenmerk van cocaïnehandel is dat voorraadvorming door producenten en grote exporteurs zo veel mogelijk wordt vermeden. In legale sectoren is aanleggen van voorraden al duur, in een illegale business als die van de cocaïne is het nog veel duurder. Opslagplaatsen moeten niet alleen voor de politie maar ook voor de concurrentie goed worden beveiligd, en goed verborgen gehouden. Uit onderzoek is naar voren gekomen dat grote exporteurs er de voorkeur aan geven in plaats van voorraden aan te houden de frequentie van transporten én het aantal transportlijnen hoog te houden om op die manier een flexibele “voorraad” te hebben.
Toch heeft het OCCRP een (criminele) bron die zegt te weten dat een bepaalde groep wel 45 ton cocaïne in Colombia op voorraad in beheer houdt. (tekst loopt door onder reclame)
21 ton voorraad
Een goed ingevoerde bron bevestigt aan Crimesite dat momenteel, anders dan normaal, handelaars en exporteurs in bronlanden zijn overgegaan tot voorraadvorming: ‘ik weet dat in Ecuador een groep ruim 20 ton in voorraad heeft liggen.’ De ratio om het daar nu vast te houden is volgens de bron dat er in Europa momenteel erg veel wordt gepakt, én dat de groothandelsprijzen in West-Europa sterk zijn gedaald. Er is in aanvoerlanden als Spanje, Nederland en België gewoon teveel cocaïne op de groothandelsmarkt. Oorzaak: de corona-maatregelen.
De bron: ‘Ze raken het hier niet kwijt. Er zijn nu minder mensen die het hier kopen om het verder Europa in te brengen doordat veel grenzen gesloten zijn of omdat er meer controles zijn.’
De groothandelsprijs in Nederland zou nu zelfs rond de 25.000 euro voor een kilo liggen terwijl tussen de 30.000 en 35.000 euro per kilo normaal is.
De journalisten van het OCCRP constateerden dat in Italië de groothandelsprijzen juist zijn gestegen, wat goed te verklaren is. Er is in Italië momenteel minder cocaïne op de markt. Dat komt doordat cocaïne voor Italië, die normaal gesproken in Spanje, Antwerpen of Rotterdam binnenkomt, door de corona-beperkingen nu minder makkelijk door Europa wordt gevoerd om op de Italiaanse markt te komen.