De kruistocht van Adèle van der Plas

Is er een nieuwe rechterlijke dwaling op komst? Volgens advocaat van Hüseyin Baybasin, Adèle van der Plas, wel. Heeft ze gelijk? Of lijdt ze aan tunnelvisie? Vrij Nederland heeft deze week een interview met Van der Plas.

‘Het duurt niet lang meer voor de waarheid boven tafel komt. En die waarheid is schokkend,’ zegt advocate Adèle van der Plas. De strafzaak tegen haar Koerdische cliënt Hüseyin Bayba?in is voor Nederlandse begrippen uniek. Het hof veroordeelde hem in 2002 tot levenslang voor een liquidatie in Turkije, maar hij heeft altijd ontkend. 

Volgens Van der Plas is er in deze zaak sprake van politieke complotten, corruptie en chantage vanwege vermeende pedofiele seksavonturen van een hoge Nederlandse justitieambtenaar. ‘Ik weet het, dat klinkt ongeloofwaardig. Maar tegen die feiten loop ik op.’

Lang was Van der Plas een roepende in de woestijn. Maar begin april kreeg de strafpleiter steun uit onverwachte hoek. Ybo Buruma, hoogleraar strafrecht, kersvers benoemd lid van de Hoge Raad en tot voor kort voorzitter van de toegangscommissie tot de CEAS (zie kader), noemde in een interview in het Advocatenblad de zaak-Bayba?in plotseling ‘een bijzondere casus’ die zeker nadere bestudering verdient. Een hint dus voor zijn nieuwe collega’s in het hoogste rechtscollege. Van der Plas is hier blij mee. Het gaat volgens haar niet alleen om het belang van Bayba?in. ‘Mijn eigen geloof in Nederland als rechtsstaat staat op het spel.’

Is dat niet wat overdreven? Lijdt u niet aan tunnel­visie?
Van der Plas: ‘Ik ben me ervan bewust dat mensen denken dat ik met de zaak-Bayba?in in een mistveld ben beland. Maar ik ben een feitenneuker, ik doe mijn research en heb ze alle vijf op een rij. Deze zaak is gewoon krankzinnig.’

Pieter Herman Bakker Schut, kantoorgenoot en levenspartner van Van der Plas, nam in 2001 het voortouw, op verzoek van Bayba?in. Die moest zich toen verantwoorden voor het hof in Den Bosch. ‘Hij had zijn raadsman ontslagen, we moesten ons in korte tijd het ingewikkelde dossier eigen maken,’ legt Van der Plas uit. De twee strafpleiters zagen verbijsterd hoe de rechtszaak zich ontwikkelde. ‘Pieter had in zijn carrière nog nooit zó’n politiek proces meegemaakt, zelfs niet in de tijd van RAF-processen.’

Na een goede afloop van het proces-Bayba?in zou het paar de toga aan de wilgen hangen, was de afspraak. Maar voor het zover was, werd Bakker Schut ernstig ziek. Kort voor zijn overlijden in 2007 kreeg hij van de Amster­damse Orde van Advocaten nog de Dekenprijs uitgereikt. Bakker Schut had ‘een levenlang een authentieke honger naar gerechtigheid gecombineerd met een ongehoorde dosis strijdlust’, vonden zijn confrères. Diezelfde strijdlust heeft Van der Plas, getuige haar jarenlange zoektocht naar getuigen en verklaringen ten gunste van Bayba?in. ‘Deze juridische erfenis van Pieter wil ik tot een goed einde brengen. Dan kan ik met pensioen.’

Op het koperen bord naast de ingang van het Amsterdamse grachtenpand staan nog altijd hun beider namen: Bakker Schut & Van der Plas. Het pand is beveiligd, getuige een klein bordje van een securitybedrijf. De vloer van de werkkamer van de advocate staat vol met ordners uit het onderzoek-Bayba?in. Ze heeft geen aansporing nodig om alle hiaten in het dossier op te sommen. ‘We beschikken over de schriftelijke uitwerking van zesduizend tapgesprekken die gevoerd zijn in het Engels, Koerdisch en Turks. Ze vormen het enige bewijs tegen Bayba?in als opdrachtgever van een moord in Turkije.’ Op de vertaling is veel aan te merken, stelt de raadsvrouwe. ‘Bayba?in zou hebben gezegd: “Make him cold.” Maar inmiddels is gebleken dat Bayba?in heeft gezegd: “Make him call.”‘

Aanvankelijk keken beide raadslieden niet gek op toen Bayba?in beweerde dat hij zichzelf soms niet herkende in de gesprekken. Van der Plas: ‘Zoiets zeggen verdachten wel vaker. We konden niet geloven dat er op deze wijze gemanipuleerd zou zijn met de opnamen.’ Tot iemand de strafpleiters attent maakte op een televisie-programma over de illegale praktijken van het Israëlische communicatiebedrijf Converse. Van der Plas: ‘Converse levert en installeert afluisterapparatuur, ook in Nederland. Converse bleek rechtstreeks telefoongesprekken in de hoogste kringen te hebben afgeluisterd in de VS.’ Ze benaderde technische experts die haar ervan overtuigden dat manipulatie van opnamen in de Nederlandse tapkamers heel goed mogelijk was. Na Kamervragen over de zaak gaven Bin­nen­landse Zaken en Justitie Price­Water­house­Coo­pers opdracht tot een nader onderzoek, vertelt Van der Plas. ‘Ook uit hun rapport bleek dat de tapkamers zo lek waren als een mandje. Bij drie van de vijf was de beveiliging zo ontoereikend dat onbevoegden de mogelijkheid hadden om inzage in bestanden te krijgen en er wijzigingen of vernietigingen in aan te brengen.’

Het verhaal van Bayba?in dat er was geknoeid met de taps, was dus helemaal niet zo onwaarschijnlijk. Van der Plas vroeg toestemming om de moederband uit de tapkamer te mogen afluisteren. Maar de rechters wilden daar niet aan, wat het wantrouwen van Van der Plas alleen maar groter maakte.

– Adèle van der Plas: ‘Mijn eigen geloof in Nederland als rechtsstaat staat op het spel’

In de ogen van Van der Plas is Bayba?in ‘een klokkenluider’. Een zakenman die bewust door zijn tegenstanders in Turkije is zwartgemaakt als crimineel. Ze vermoedt dat Bayba?in het slachtoffer is geworden van politieke intriges. ‘Hij werkte aanvankelijk voor de Turkse overheid, maar verzette zich als leider van een grote Koerdische clan tegen de manier waarop de regering de Koerden behandelde. Daarna ging hij in zaken, maar hij behield zijn contacten in ambtenarenkringen. Nadat hij had gewezen op de betrokkenheid van Turkse overheidsfunctionarissen bij heroïnehandel, kwam hij op het dodenlijstje van de toenmalige Turkse premier Tansu Çiller terecht. Hij vluchtte naar Neder­land, waarop Turkije om zijn uitlevering verzocht wegens drugshandel. De rechter bepaalde dat Bayba?in in ons land mocht blijven: de kans dat hij als verdachte in Turkije zou worden gemarteld, was te groot.’ Bayba?in vertelt geen sprookjes, zegt zijn advocate. Ze wijst op een enquête van het Turkse parlement naar drugshandel van de overheid. ‘In 2002 werd premier Çiller aangeklaagd wegens corruptie.’

Gelooft u echt dat hij nooit in drugs handelde? Of gewelddadig ‘contributie’ inde voor de Koerdische zaak?
‘Bayba?in ontkent dat. Zijn familie bezat autofabrieken. Hij had wereldwijd zijn contacten. Ik heb hier op kantoor met een generaal uit het Israëlische leger over hem gesproken die zaken met hem deed. Die zei: “U moet van mij aannemen dat ik van mijn meerderen nooit met Bayba?in had mogen praten als die het idee hadden dat hij in de criminaliteit zat. We spraken over politiek en zaken.”‘

Van beëdigde getuigen – onder wie een officier van justitie die optrad als go-between tussen de Nederlandse en de Turkse opsporingsambtenaren – hoorde Van der Plas hoe gebeten de Turkse overheid was op Bayba?in.

In 2009 klopte Van der Plas aan bij de Toe­gangscommissie van de Commissie Evaluatie Afgesloten Strafzaken (TCEAS). Voor­zitter van deze commissie is hoogleraar Ybo Buruma. De zaak-Bayba?in was volgens Van der Plas een ‘justitiële dwaling van jewelste’.

Van der Plas: ‘Ik was inmiddels benaderd door een opsporingsambtenaar die heel zeker wist dat de door ons betwiste gespreksopnamen vanuit Turkije illegaal naar de tapkamer in Nederland waren gebracht. Hij wilde niet in het openbaar getuigen uit angst dat hij zijn verdere carrière dan wel kon vergeten.’

Er was méér aanvullend bewijs boven tafel gekomen. Nadat de politieke wind in Turkije was veranderd, lekten geheime overheidsdocumenten uit de jaren negentig uit, waaronder het EK Rapor, een rapport over de rol van de Turk­se staat bij de drugshandel. Een Turkse onderzoeksjournalist – Burhan Kazmali – raakte daardoor op het spoor van de zaak-Bayba?in.
De advocate: ‘Kazmali vertelde ons dat de aanhouding van Bayba?in in Nederland een opzetje van de Turkse overheid was. In het EK Rapor was sprake van het mixen en manipuleren van afgeluisterde telefoongesprekken. Hij had ­hierover gesproken met Turkse oud-politiefunctionarissen, onder wie Necdet Menzir, voormalig hoofd van politie te Istanboel en oud-minister van Staat en Transport.’

Bovendien kreeg van der Plas een verklaring in handen van de anonieme politieman X1. ‘X1 was erbij toen twee Roemeense heroïnehandelaren werden opgepakt in Turkije. Zijn chefs sloegen die verdachten zo hard dat ze elke verklaring die onder hun neus werd geduwd wel zouden ondertekenen, zei hij. In dit geval “bekenden” ze dat ze voor Bayba?in zouden werken. Een van die Roemenen bevestigde later tegenover de Nederlandse rechter-commissaris dat hij is mishandeld. Hij zei ook dat hij die hele Bayba?in niet kende.’

Je hoort ook wel eens dat Turkse getuigen zich riant laten betalen voor een ontlastende verklaring.
‘Er hebben wel eens mensen bij mij aangeklopt die zeiden dat ze voor vijftienduizend euro wel getuigen voor ons konden vinden. Never. Iemand die geld vraagt voor zijn verklaring, vertrouw ik niet.’

Het werken met anonieme getuigen maakt de zaak er niet transparanter op. Maar nood breekt wet, vindt Van der Plas. Na X1 meldde zich getuige X2. Opnieuw een Turkse politieman met wroeging. Ze heeft hem zelf in Istanboel ontmoet bij een Turkse confrère. ‘X2 zat samen met anderen in een team dat geluidsbanden manipuleerde en aanpaste. Zelf had hij het bewuste telefoongesprek zo gemonteerd dat het leek alsof Bayba?in over ernstige misdrijven sprak. Hij vond dat destijds niet gek, zei hij. Het was de dagelijkse praktijk, zeker als het om zaken ging die de staatsveiligheidsdienst betroffen. En Bayba?in werd beschouwd als een politiek gevaar.’

Deze politieman was echt bang, zegt Van der Plas. ‘Hij zette door omdat hij zich schaamde dat hij had gewerkt voor een corrupte regering. Hij hoopte dat Bayba?in door zijn verklaring in Nederland een nieuw proces zou krijgen.’

De verklaring van X2 gaf voor Ybo Buruma en zijn TCEAS de doorslag om een technisch onderzoek te laten doen naar de manipulatie van de tapbanden.

Had u Buruma niet direct in contact kunnen brengen met X2? U bent Bayba?ins advocaat en dus partijdig.
‘Wij hadden een kopie van het identiteitsbewijs van deze politieman aan Buruma gegeven. Hij wist van ons gesprek. We hebben daarna een bijeenkomst voor Buruma’s commissie met X2 in Ankara georganiseerd, maar die ontmoeting is op het laatste moment door Buruma afgezegd. Het had diplomatieke problemen met Turkije kunnen veroorzaken.’

Buruma wilde X2 wél in Nederland spreken. ‘De politieman heeft toen zelf een paspoort en een visum geregeld. Nadat hij het reisdocument bij de ambassade had opgehaald, is hij ontvoerd door handlangers van Emin Arslan, een hoge politiechef die in 2009 werd gearresteerd wegens drugshandel en die nog steeds over een uitgebreid netwerk beschikt. Arslan was tot hij werd aangehouden voor de Nederlandse politie de spil in het onderzoek naar Bayba?in.’

Nadat X2 zich had weten vrij te praten, vluchtte hij naar Kirgizië omdat hij voor zijn leven vreesde, weet Van der Plas. ‘Vanaf maart 2010 heeft niemand meer iets van hem vernomen. Zijn bankoverschrijvingen zijn vanaf die maand gestopt. Zijn familie werd bedreigd door mannen van Arslan. Hetzelfde overkwam journalist Burhan Kazmali, contactpersoon van X2. Hij is nog altijd doodsbang.’ Achteraf was het beter geweest als de commissie van Buruma toch was meegegaan naar Ankara, zegt Van der Plas. ‘Dan was er formeel gezien misschien een smet­je geweest – de commissie heeft daar geen bevoegdheid – maar ze hadden tenminste zelf kunnen horen dat we geen onzin verkopen.’

Afgelopen februari kwam het TCEAS-rapport van Buruma uit – en Van der Plas kwam van een koude kermis thuis. ‘Er lag een negatief advies. De commissie achtte het ondenkbaar dat de gemanipuleerde banden een Nederlandse tapkamer waren binnengesmokkeld.’ Een grote vergissing, vindt de raadsvrouwe. ‘Buruma is recent op bezoek geweest in de tapkamer. Het klopt dat het tegenwoordig goed is geregeld. Maar in de jaren negentig, toen dit speelde, was het daar zo lek als een vergiet. Dat was hij kennelijk even vergeten.’ De Nederlandse en Turkse politie hebben bovendien vanaf 1994 nauw samengewerkt, weet Van der Plas uit andere onderzoeken. ‘Er is afgeluisterd in een gezamenlijke tapkamer in Istanboel. Nederland heeft aan die installatie zelfs meebetaald.’

Wat ze de commissie zeer kwalijk neemt, is dat een belangrijke getuige niet werd gehoord. ‘Het is een tolk van Turkse komaf die in Nederland de supervisie had over alle Turkse vertalers. Hij tolkte bij alle contacten tussen de Nederlandse politie en de Turken. Toen een officier van justitie in 1994 en in 1995 met politiechef Emin Arslan over de zaak-Bayba?in sprak, was deze man erbij. Hij wilde met de TCEAS praten, maar volgens de commissie was hij “te onbetrouwbaar”. Ik schrik van zoiets en krijg er een zeer onbehaaglijk gevoel over.’

In een rechtsstaat had ze al vergevorderd moeten zijn in haar strijd om rechtvaardigheid, zegt Van der Plas. ‘Maar deuren blijven gesloten en stalen rolluiken worden niet opgetrokken. Mijn cliënt heeft altijd gezegd dat hij weet hoe dat komt.’ Daarmee zijn we beland in ‘het mistveld’ rond de zaak-Bayba?in: de tot levenslang veroordeelde Koerd beschuldigt een hoge ambtenaar op het ministerie van Justitie ervan destijds zijn invloed te hebben aangewend om hem op te pakken. De man zou chantabel zijn. Van der Plas: ‘Volgens Bayba?in heeft de Turkse geheime dienst deze man – tegenwoordig secretaris-generaal – onder druk gezet vanwege vermeende seksuele escapades met minderjarigen.’

Lees verder Vrij Nederland.