Fraudezaak De Skihut eindigt met werkstraffen (UPDATE)

Fraudezaak De Skihut eindigt met werkstraffen (UPDATE)

Een verdachte in de fraudezaak rond de Scheveningse wintersportketen De Skihut heeft in hoger beroep werkstraffen en een boete opgelegd gekregen. Het gerechtshof in Den Haag heeft procesafspraken die tussen Openbaar Ministerie en de verdachte Petra S. waren gemaakt bevestigd. Het arrest stamt al van november vorig jaar. Advocaat Mark Teurlings heeft deze uitkomst aan Crimesite desgevraagd bevestigd.

FIOD

In de zomer van 2017 was er een grote inval van de FIOD bij vestigingen van wintersportwinkel De Skihut en bij directieleden thuis. Het bedrijf en oorspronkelijk vijf verdachten werden verdacht van grootschalige btw-fraude met onder meer kleding.

Directeur Petra S. (45) zou leiding hebben gegeven aan een criminele organisatie en hebben witgewassen. Tegen haar eiste de officier van justitie voor de rechtbank 32 maanden cel, maar de rechtbank reduceerde dat in 2021 tot een jaar celstraf plus 240 uur dienstverlening.

Petra S. is een zus van een Haagse miljonair, die wel aandeelhouder in het bedrijf was, maar zei inhoudelijk niets van de bedrijfsvoering te hebben geweten.

1,1 miljoen euro

S. erkende foutieve aangiftes te hebben gedaan. Ze betaalde een bedrag van 1,1 miljoen euro terug aan de fiscus. Ze werd bij de rechtbank vrijgesproken van deelname aan een criminele organisatie.

Ze zou verder aan zichzelf riante vergoedingen uit het bedrijf hebben toegerekend, maar ook de gevraagde veroordeling voor witwassen liet de rechtbank achterwege.

Afspraken

In het voortslepende hoger beroep maakten zowel Petra S. als een medeverdachte afspraken met het Openbaar Ministerie. Daardoor kon de zaak sneller worden afgerond. Het gerechtshof concludeert dat Petra S. zich schuldig heeft gemaakt aan belastingontduiking, maar legt daarvoor geen celstraf meer op. Wel blijven in twee zaken werkstraffen van 240 uur en 120 uur overeind. Ook moet ze een boete van 20.000 euro betalen.

Advocaat Mark Teurlings: ‘Voor cliënte was het van belang dat de door de rechtbank opgelegde gevangenisstraf niet door zou gaan en dat er snel een einde aan de zaak zou komen.’

De medeverdachte van S. krijgt ook een werkstraf.

Procesafspraak geweigerd

Een derde verdachte was bij de rechtbank vrijgesproken. Het Openbaar Ministerie weigerde met hem een procesafspraak te maken en hij wordt nu alsnog vervolgd in hoger beroep. Het gaat om een boekhouder die door de rechtbank was vrijgesproken van zowel deelname aan een criminele organisatie als het nalaten een omzetbelastingschuld als ongebruikelijke transactie heimelijk te melden.

Zijn advocaat Michel van Stratum zegt ontstemd te zijn over de uitzondering die voor zijn vrijgesproken cliënt wordt gemaakt: ‘Het Openbaar Ministerie ziet de zaak kennelijk als proefproces en wil meer professionele dienstverleners in het bedrijfsleven, zoals boekhouders en accountants, onder het strafrecht brengen. De beroepsgroep en het Openbaar Ministerie kijken uit naar het oordeel van het Hof op dit punt. Maar ik verwacht opnieuw vrijspraak van mijn cliënt in hoger beroep’.