Gehackte haven, cokesmokkel 2.0 (#5)

In de Antwerpse haven zorgden hackers ervoor dat enorme hoeveelheden cocaïne geruisloos op de Europese markt terecht konden komen. Nederlandse criminelen stuurden het aan. Wat verklaarden de hackers over de Nederlanders die het aanstuurden? Een serie in een samenwerking tussen Crimesite en de Gazet van Antwerpen.

Door @Wim van de Pol

Nadat de drie hackers waren aangehouden begon een zwarte pieten-spel. Van de M. en van der M. stellen dat Filip Maertens (foto) hen onder valse voorwendselen heeft laten meedoen zonder dat zij wisten waar ze mee bezig waren. Van der M. zei tegen de federale recherche: ‘Filip heeft mij misleid. Hij heeft mij meegesleurd in een verhaal waar ik niks met te maken had, en ook helemaal niks mee te maken wou hebben.’

Lessen

Maertens heeft de schijn flink tegen. Hij heeft inzicht gegeven in zijn contacten met de Nederlander Orhan A.. Nadat hij en A. in contact waren gekomen en hadden gesproken over een investering in een bedrijf van Maertens waren de gesprekken al snel over hacken gegaan. Maertens heeft aan de medewerker van A., Ahmet O. tegen vergoeding lessen in hacking gegeven.

Dood

In gesprek met de verslaggever van de Gazet van Antwerpen, Joris van der Aa, heeft Maertens benadrukt dat hij verder niet vrijwillig heeft samengewerkt met Orhan A.. Maertens:

Ik werd met de dood bedreigd. Als ik niet zou meewerken, zouden er slachtoffers vallen.

Hoe bent u in contact gekomen met Orhan A.?

Ik ben ergens in 2011 in contact gekomen met Orhan. In die tijd was ik als jonge ondernemer op zoek naar investeringskapitaal voor mijn bedrijf Argus Labs, dat zich specialiseert in toepassingen voor mobiele telefonie. Een kennis had me Orhan aanbevolen als iemand die bereid was te investeren in jonge startende technologiebedrijven. Orhan stond dus op een mijn lijstje van potentiële investeerders. Ik heb hem gewoon gebeld met de vraag of ik mijn bedrijf en mijn plannen eens mocht komen voorstellen. Ik heb met Orhan een aantal onderhandelingen gevoerd. Hij was een charmante man, die oprecht geïnteresseerd leek. Uiteindelijk hebben onze gesprekken niet tot een samenwerking of investering geleid. Enkele weken of maanden later nam hij echter opnieuw contact op, met de vraag of we nog eens konden praten. Ik had daar eigenlijk niet zoveel zin in, omdat ik al veel tijd aan hem verloren was. Maar uiteindelijk hebben we elkaar toch opnieuw ontmoet. Hij vroeg me of ik in staat was om een Europese versie van de PWNIE-plug te ontwikkelen. Ik heb toen gezegd dat ik er eens over zou nadenken, maar concrete afspraken of plannen werden er niet gemaakt.

Hoe is het dan verder verlopen?

Na een tijdje belde hij me opnieuw op. Hij klonk heel zenuwachtig en gestresseerd. Zijn toon was plots heel dwingend. Ik moest onmiddellijk naar Rotterdam komen om over die PWNIE-plug te praten. Enige tijd later ben ik op een avond dan toch naar zijn bedrijf in Barendrecht gegaan. Toen ik daar aankwam, voelde ik onmiddellijk dat het niet goed zat. Ik nam plaats in een kantoorruimte, waar ook Orhan, Ahmet en twee andere mannen zaten. Orhan en Ahmet zagen er zoals altijd piekfijn uit, maar die twee andere mannen zagen er wat louche uit. De toon werd onmiddellijk dreigend. Ze verweten met dat ik niet op hun oproepen had gereageerd. “Daardoor zijn wij veel geld misgelopen en dat gaan wij op jou verhalen”, zeiden ze. Ik was razend. Ik ben rechtgestaan en zei: “IK ben degene die jullie een factuur gaat sturen voor alle tijd die ik hier al gespendeerd heb. Bezorg me de gegevens van je bedrijf, ik ben hier weg.” Toen hebben die mannen mij vastgepakt en zijn ze me in elkaar beginnen slaan. Ik zag achteraf bont en blauw over mij hele lichaam. Ze bedreigden me. “Jij beseft niet met wie je te maken hebt”, klonk het. Ze toonden een krantenartikel over een moord in het criminele circuit van Rotterdam en ze lieten uitschijnen dat zij daar mee te maken hadden. Ze lieten ook duidelijk merken dat ze alles van mij wisten. Ze wisten waar ik werkte, waar mijn vriendin woonde, waar mijn ouders woonden. Alles. Ze wisten zelfs dat ik een hondje had.

Waarom ben je niet onmiddellijk naar de politie gestapt?

Dat had ik moeten doen, maar op dat moment durfde ik dat gewoon niet. Ik was bang dat men mij of mijn familie iets zou aandoen. Samen met D. heb ik dan het plan bedacht dat we die mannen tot op zekere hoogte zouden helpen, of toch minstens de indruk zouden wekken dat we hen zouden helpen. D. en ik zouden een PWNIE-plug bouwen en leveren, maar wel een die eigenlijk niet kon werken. We dachten: op den duur worden ze het wel beu en laten ze ons wel met rust.

U zegt dat u nooit een functionerend PWNIE-apparaat hebt geleverd, maar in 2012 zijn er wel een tiental containers met drugs opgehaald met behulp van onderschepte pincodes.

Ik schrik daarvan. Dat kunnen ze nooit hebben gedaan met behulp van onze apparaten, want die werkten gewoon niet. Ze moeten dus nog hulp hebben gekregen van andere IT-specialisten. Dat verklaart ook waarom het hacken niet is gestopt, nadat wij werden gearresteerd.

U hebt de schijn wel erg tegen, want ook een aantal malware-aanvallen meent de politie aan u te kunnen linken.

Met het verspreiden van die malware hebben wij niks te maken. Dat is het frustrerende. Ik moet straks in de rechtbank mijn onschuld gaan bewijzen, terwijl het over een zeer ingewikkelde en technische materie gaat. Kijk, ik heb fouten gemaakt, maar ik ben geen slechte mens. Met drugs heb ik niks te maken en ik heb nooit willen meewerken aan criminele praktijken.

Nood

Van de M. bevestigt het verhaal over de bedreigingen en het fysieke geweld. Hij zegt de verwondingen en blauwe plekken bij zijn vriend te hebben gezien:

hij verkeerde in nood en ik wou hem helpen. Wij dachten dat we van A. konden afgeraken, door te doen alsof we zouden meewerken. Maar in werkelijkheid hebben we de boel alleen maar gesaboteerd. Vlakaf weigeren of naar de politie gaan, leek ons toen geen optie. Voor mezelf was ik niet zo bang, maar als ze fijntjes laten weten dat ze wel even bij je vriendin thuis of bij je zus zullen langsgaan als je weigert, dan wordt het een andere verhaal.

Ongewild

De 32-jarige Van der M. was één van de beste penetration testers in België. Het toeval wilde dat hij in 2012 voor accountant PWC opdracht kreeg om een hacking-operatie bij reder MSC te onderzoeken. Dat was precies de operatie waar hij verdachte in was. Van der M.:

Toen ik die toestelletjes te zien kreeg, schrok ik. Die waren sterk gelijkend op de toestelletjes die ik een jaar eerder voor Filip Maertens had gemaakt. Het leek er op of iemand mijn ontwerp had nagemaakt. Omdat ik wilde weten in wat voor een verhaal ik terecht was gekomen, heb ik Filip en zijn kameraad D. om opheldering gevraagd. Ze verzekerden me dat mijn toestellen nergens in gebruik waren. Toen ik daarna in de media vernam dat Maertens en zijn vriend D. waren gearresteerd in verband met het hacken van havenbedrijven, besefte ik in wat voor een verhaal onwetend en ongewild terecht was gekomen. Enkele weken later belandde ik zelf in de gevangenis.

Wordt vervolgd.

Lees alle delen van  de serie:

Gehackte haven, cokesmokkel 2.0 (#6)

Gehackte haven, cokesmokkel 2.0 (#5)

Gehackte haven, cokesmokkel 2.0 (#4)

Gehackte haven, cokesmokkel 2.0 (#3)

Gehackte haven, cokesmokkel 2.0 (#2)

Gehackte haven, cokesmokkel 2.0 (#1)