Het uitdelen van een eigen celdeursleutel aan tienduizenden gevangenen in Nederland lijkt positief uit te pakken. Het feit dat gevangenen van buitenaf hun celdeur kunnen openen en sluiten, leidt tot minder onrust.

Eigen sleutel

In 19 van de 28 Nederlandse gevangenissen hebben gedetineerden de beschikking over een eigen sleutel van hun celdeur. Uit gegevens van de Dienst Justitiële Inrichtingen, opgevraagd door het ANP, blijkt de proef hiermee een succes te zijn. Het gaat hierbij alleen om een sleutel die de celdeur van buiten kan openen. Gedetineerden kunnen zichzelf dus niet bevrijden uit hun cel.

Minder onrust

Het uitdelen van een sleutel aan gevangenen is gedaan, omdat dit de cipiers werk uit handen neemt, en het de gevangenen meer verantwoordelijkheid geeft. Cipiers hoeven nu niet meer elke keer mee te lopen, als een gevangene iets uit zijn cel wil halen. Ook lopen de gevangenen minder kans dat er zaken uit hun cel worden gestolen, door medegevangenen. Dit zorgt voor minder onrust op de afdelingen.

Sleutel

Uit de proef is naar voren gekomen dat er meer voordelen dan nadelen aan de uitgifte van de sleutels zit. Wel is er in de penitentiaire inrichting (PI) in Lelystad een sleutel door een gevangene gemanipuleerd, waardoor de celdeur ’s nachts kon worden geopend. Ook in enkele andere gevangenissen zijn sleutels verdwenen of bewerkt, maar dit heeft niet tot problemen geleid, volgens justitie. In PI De Marwei in Leeuwarden werkt men al langer met dit systeem, waarbij de gevangenen alleen overdag hun eigen deur kunnen openen. De nieuwe werkwijze geldt overigens niet voor extra beveiligde inrichtingen, of locaties waar terroristen zitten opgesloten.